Bediening / Onderhoud en reiniging
Bediening
AAN- / Uitschakelen
Q
Inschakelen:
D ruk voor de ingebruikname van het apparaat
op de AAN- / UIT-Schakelaar
ingedrukt.
De led-werklamp
4
ingedrukte AAN- / UIT-Schakelaar
zo de mogelijkheid voor het verlichten van de
werkplek bij ongunstig licht.
Uitschakelen:
A ls u het apparaat wilt uitschakelen dient u de
AAN- / UIT-Schakelaar
Toerental instellen
De AAN- / UIT-Schakelaar
variabele toerentalregeling. Lichte druk op de AAN- /
UIT-Schakelaar
bewerkstelligt een laag toerental.
6
Met toenemende druk stijgt ook het toerental.
Opmerking: De geïntegreerde motorrem zorgt
voor een snelle stilstand.
Draairichting veranderen
Q
V erander de draairichting, door de draairich-
tingschakelaar
5
te drukken.
Tips en trucs
Q
C ontroleer vóór de werking of de schroefbit of
boor correct is aangebracht, dat wil zeggen of
deze gecentreerd in de boorhouder is bevestigd.
D e schroefbits zijn met maat en vorm gekenmerkt.
Als u niet zeker bent probeer dan eerst of de
bit zonder speling in de schroefkop past.
Draaimoment:
V ooral kleinere schroeven en bits kunnen worden
beschadigd, als u een te hoog draaimoment of /
en een te hoog toerental op de machine instelt.
62 NL/BE
en houd deze
6
brandt bij iets of volledig
en biedt
6
los te laten.
6
beschikt over een
6
naar rechts resp. naar links
Harde schroefval (in metaal):
B ijzonder hoge draaimomenten ontstaan
bij-voorbeeld bij metalen schroefverbindingen
met gebruik van steeksleutelinzetstukken. Selec-
teer een laag toerental.
Zachte schroefval (bijv. in zacht hout):
S chroef hierbij echter ook op een laag toerental,
om bijvoorbeeld het oppervlak van het hout bij
het contact met de metalen schroefkop niet te
beschadigen. Gebruik geen verzinkboor.
Neem bij het boren in hout, metaal en
andere materialen strikt de onderstaan-
de punten in acht:
G ebruik bij een boor met een kleine diameter
een hoog toerental en bij een boor met een
grote diameter een laag toerental.
S electeer bij harde materialen een laag toeren-
tal en bij zachte materialen een hoog toerental.
B org of bevestig het (indien mogelijk) werkstuk
in een kleminrichting.
M arkeer de plaats waar geboord moet worden
met een center of een spijker en selecteer voor
het aanboren een laag toerental.
T rek de draaiende boor regelmatig uit het
boorgat om spanen of zaagsel te verwijderen
en de boor te koelen.
Boren in metaal:
G ebruik metaalboren (HSS). Voor het beste re-
sultaat moet de boor met olie worden gekoeld.
Metaalboren kunnen ook worden gebruikt voor
het boren in kunststof.
Boren in hout:
G ebruik een houtboor met centerspits. Voor
diepe boringen gebruikt u een "Slangschroef-
boor" en voor boorgaten met een grote diameter
gebruikt u een Forstner-boor. Kleine schroeven
in zacht hout kunnen ook zonder voorboren
erin worden geschroefd.
Onderhoud en reiniging
LETSEL! Schakel voor alle werkzaamheden aan
GEVAAR VOOR