Instelling Van De Omgevingstemperatuur Sensor; Het Vermogen Instellen - RADSON Flores C E Notice D'utilisation

INSTELLING VAN DE
OMGEVINGSTEMPERATUUR SENSOR
Overzicht
Belangrijk: Deze bediening is alleen voorbehouden aan professio-
nele installateurs; eventuele foutieve wijzigingen kunnen leiden tot
controle-afwijkingen.
In het geval dat de gemeten temperatuur (gemeten met een betrouw-
bare thermometer) ten minste 1°C of 2°C verschilt ten opzichte van de
instellingstemperatuur van de radiator.
De kalibratie past de temperatuur aan die gemeten wordt door de om-
gevingstemperatuursensor om een afwijking van + 5°C tot -5°C te com-
penseren met intervallen van 0,1°C.

Instelling van de omgevingstemperatuur sensor

1- Als het verschil van kamertemperatuur negatief is, bijvoorbeeld:
Temperatuur instellen (wat u wilt) = 20°C.
Omgevingstemperatuur (wat u op een betrouwbare thermometer
leest) = 18°C.
Verschil gemeten = -2°C.
Belangrijk:
Voordat u de kalibratie uitvoert, is het aangeraden 4 uur
te wachten na de instelling van de temperatuur om er zeker van te zijn
dat de omgevingstemperatuur gestabiliseerd is.
Om te corrigeren, gaat u als volgt te werk:
Sensortemperatuur = 24°C
(De gemeten temperatuur kan verschillen door de locatie van de ther-
mostaat in de kamer).
auto auto
mode mode
Verminder de temperatuur die door de omgevingstemperatuursensor
gemeten wordt met 2°C door op
In ons voorbeeld gaat de door de sensor gemeten temperatuur
van 24°C naar 22°C.
auto auto
mode mode
2- Als het verschil van kamertemperatuur positief is, bijvoorbeeld:
Temperatuur instellen (wat u wilt) = 19°C.
Omgevingstemperatuur (wat u op een betrouwbare thermometer
leest) = 21°C.
Verschil gemeten = +2 °C.
Om te corrigeren, gaat u als volgt te werk:
Sensortemperatuur = 21°C.
(De gemeten temperatuur kan verschillen door de locatie van de ther-
mostaat in de kamer).
auto auto
mode mode
prog prog
boost
OK OK
te drukken.
prog prog
boost
OK OK
prog prog
boost
OK OK
Verhoog de temperatuur die door de omgevingstemperatuursensor ge-
meten wordt met 2°C door op
In ons voorbeeld gaat de door de sensor gemeten temperatuur
van 21°C naar 23°C.
auto auto
mode mode
Om te valideren, slaat u de nieuwe waarde op en sluit u de modus af
door te drukken op . Om de Expert-instellingen te verlaten, drukt
u 3 maal op
.
De reset naar nul van de sensorkalibratie
Om de waarde van de correctie op "0" te zetten, doet u het volgende:
1- Wanneer de door de sensor gemeten temperatuur verschijnt, drukt u
gedurende minstens 3 seconden op
auto auto
mode mode
2- Om op te slaan en automatisch naar de volgende instelling te gaan,
drukt u op . Om de Expert-instellingen te verlaten, drukt u 3
maal op .
Belangrijk:
Deze wijzigingen moeten door gekwalificeerd
personeel worden uitgevoerd, het moet tijdens de eerste instal-
latie in productie of ter plaatse worden uitgevoerd

HET VERMOGEN INSTELLEN

Om een regelaar aan te passen aan de toestellen en de verbruikte
energie te schatten, is het essentieel om de spanning van het apparaat
in te stellen.
1- Vooraf ingestelde waarde: 500W. Selecteer een waarde tussen 300W
en 1500W door op of
auto auto
mode mode
2- Om op te slaan en automatisch naar de volgende instelling te gaan,
drukt u op .
auto auto
mode mode
3- Om de Expert-instellingen op te slaan, drukt u
NL
te drukken .
prog prog
boost
OK OK
of .
prog prog
boost
OK OK
3 sec.
te drukken.
prog prog
boost
OK OK
prog prog
boost
OK OK
3 maal in.
54