Afstellingen Vóór De Ontsteking; Starten Brander; Ontsteking Brander - Riello RS 34/1 MZ Manuel D'entretien

MIN. GASDRUKSCHAKELAAR
(A)
(C)
LUCHTDRUKSCHAKELAAR
D3855
(B)
AFSTELLINGEN VÓÓR DE ONTSTEKING
!
DE EERSTE ONTSTEKING MOET UITGE-
VOERD WORDEN DOOR VAKBEKWAAM
PERSONEEL
GESCHIKT GEREEDSCHAP.
De afstelling van de verbrandingskop, lucht en
gas werd reeds beschreven op pag. 9.
Andere nog uit te voeren afstellingen zijn:
- De manuele ventielen openen vóór de gas-
straat.
- De minimum gasdrukschakelaar afstellen op
het begin van de schaal (A).
- De luchtdrukschakelaar afstellen op het
D3854
begin van de schaal (B).
- De gasleiding ontluchten.
Het is aan te raden de ontsnapte lucht met
een plastic buis buiten het gebouw te bren-
gen tot men het gas ruikt.
- Monteer een manometer (C) op het gasdruk-
afnamepunt van de mof.
Deze dient om het brandervermogen bij
benadering te meten aan de hand van de
tabel op pag. 6 - 7.
- Sluit parallel aan de elektromagnetische
kleppen VR en VS twee lampjes of testers
aan, om het juiste moment te controleren
waarop ze onder spanning komen.
Deze handeling is niet nodig als beide elek-
tromagnetische kleppen voorzien zijn van
een controlelampje dat de elektrische span-
D3841
ning aangeeft.
- Luchtklep ventilator: laat de afstelling zoals
zij is.
Alvorens de brander te ontsteken, is het raad-
zaam de gasstraat af te stellen zodat de ontste-
king
omstandigheden, d.w.z. met een zeer klein gas-
debiet.
START BRANDER
Sluit de afstandsbedieningen.
Zodra de brander start, de rotatiezin van de
waaier van de ventilator controleren vanaf de
vlamviewer 18)(A)p. 4.
Controleer of de lampjes of de testers, aange-
sloten op de elektromagnetische kleppen, of de
controlelampjes op de elektromagnetische klep-
pen zelf afwezigheid van spanning aangeven.
Geven deze spanning aan, stop dan de brander
onmiddellijk en controleer de elektrische ver-
bindingen.

ONTSTEKING BRANDER

Na de onder het vorige punt beschreven hande-
lingen te hebben uitgevoerd dient de brander
aan te slaan. Als de motor start maar de vlam
niet ontstoken wordt en de brander vergrendelt,
ontgrendelen en een nieuwe startpoging uitvoe-
ren.
Mocht er ook daarna geen ontsteking plaatsvin-
den, dan kan het zijn dat het gas niet binnen de
veiligheidstijd van 3 sec. de branderkop bereikt.
Verhoog dan het gasdebiet bij de ontsteking.
De manometer (C) toont aan wanneer het gas
de mof bereikt.
Na de ontsteking moet u verdergaan met de vol-
ledige afstelling van de brander.
11
LET OP
DAT VOORZIEN
gebeurt onder maximaal
IS VAN
veilige