Dräger X-am 5000 Notice D'utilisation page 95

Masquer les pouces Voir aussi pour X-am 5000:
Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 31
AANWIJZING
Om de responstijden te controleren t90 testgas via de kalibratiecradle naar de
X-am toevoeren. Resultaten aan de hand van de gegeven in de tabel vanaf
pagina 98 tot een indicatie van 90 % van de eindindicatie controleren.
AANWIJZING
Het display toont na de bumptest (menu) een printersymbool, ook als er geen
printer op het Bump-Test-Station is aangesloten.
Kalibratie
Apparaat- en kanaalfouten kunnen ertoe leiden dat kalibratie niet mogelijk is.
AANWIJZING
Dräger adviseert om bij kalibratie van vervangingsgassen de uitgebreide
bumptest toe te passen (zie gebruiksaanwjzing Dräger X-dock).
Verse lucht kalibratie uitvoeren
Apparaat met verse lucht kalibreren, vrij van meetgassen of andere storende
gassen. Bij de verse lucht kalibratie wordt het nulpunt van alle sensoren
(met uitzondering van de DrägerSensor XXS O
Bij de DrägerSensor XXS O
wordt de weergave op 20,9 Vol.-% en bij de
2
DrägerSensor XXS CO
op 0,03 Vol.-% gezet.
2
AANWIJZING
De verse lucht kalibratie / nulpuntinstelling wordt niet ondersteund door de
DrägerSensor XXS O
. Een nulpuntkalibratie van deze sensor kan met de pc-
3
software Dräger CC-Vision worden uitgevoerd. Hierbij moet een geschikt
nulgas worden gebruikt, dat vrij is van ozon (bijvoorbeeld N
 Apparaat inschakelen.
 3 keer op de [ + ]-toets drukken, het symbool voor verse lucht kalibratie »
verschijnt.
 Op [OK]-toets drukken om de verse lucht kalibratie te starten.
– De meetwaarden knipperen.
en XXS CO
) op 0 gezet.
2
2
).
2
«
Wanneer de meetwaarden stabiel zijn:
 [OK]-toets indrukken om de kalibratie uit te voeren.
– Afwisselend worden de huidige gasconcentratie en » OK « weergegeven.
 [OK]-toets indrukken om de kalibreerfunctie te verlaten of ca. 5 seconden
wachten.
Als een storing is opgetreden tijdens de verse lucht kalibratie:
– Het storingssymbool »
« verschijnt en in plaats van de meetwaarde wordt
voor de betreffende sensor »
 In dit geval de verse lucht kalibratie herhalen. Eventueel sensor door
gekwalificeerd personeel vervangen.
Gevoeligheid voor een afzonderlijk meetkanaal kalibreren
– De gevoeligheidskalibratie kan selectief voor individuele sensoren worden
uitgevoerd.
– Bij de gevoeligheidskalibratie wordt de gevoeligheid van de gekozen sensor
ingesteld op de waarde van het gebruikte testgas.
– Gebruik in de handel verkrijgbaar testgas.
Toegestane testgasconcentratie:
Ex:
40 tot 100 %LEL
10 tot 25 vol.-%
O
2
CO: 20 tot 999 ppm
H
S: 5 tot 99 ppm
2
NO
5 tot 99 ppm
2
Testgasconcentraties van andere gassen: zie gebruiksaanwijzing van de
betreffende DrägerSensoren.
 Sluit de testgascilinder aan op de kalibratiecradle.
 Leid het testgas naar een afzuiging of naar buiten (sluit de slang aan op de
tweede aansluiting van de kalibratiecradle).
VOORZICHTIG
Adem het testgas nooit in. Gevaar voor uw gezondheid!
Gevareninstructies in de bijbehorende veiligheidsinformatiebladen opvolgen.
 Schakel het apparaat in en plaats het in de kalibratiecradle.
 [ + ]-toets indrukken en 5 seconden ingedrukt houden om het kalibreermenu
op te roepen, wachtwoord opgeven (wachtwoord bij levering = 001).
 Met de [ + ]-toets de functie singlegas-kalibratie kiezen. Het symbool voor
gevoeligheidskalibratie »
« knippert.
 [OK]-toets indrukken om de kanaalkeuze te starten.
– Het display toont knipperend het gas van het eerste meetkanaal, bijv. » ch4 -
%LEL «.
 [OK]-toets indrukken om de kalibreerfunctie van dit meetkanaal te starten,
« weergegeven.
95

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières