1) Technische Handboek, gebruiksaanwijzingen/datasheets van de gebruikte sensoren en de pc-software Dräger CC-Vision voor de Dräger X-am 5000 kunnen worden gedownload op de productpagina van
de X-am 5000 op onze internetsite: www.draeger.com Zie tevens de bijgevoegde gebruiksaanwijzingen en datasheets van de gebruikte sensoren.
2) Voor afnemende concentraties bedraagt de insteltijd voor nonaan 50 seconden.
3) Alkanen van methaan tot nonaan, LEL-waarden overeenkomstig 60079-20-1. Bij stroomsnelheden van 0 tot 6 m/s bedraagt de afwijking in de weergave 5 tot 10 % van de meetwaarde. Bij kalibratie op
propaan kan de indicatieafwijking in lucht liggen in het bereik van 80 - 120 kPa tot 8 % LEL.
4) Gecertificeerd meetbereik voor: 0 tot 5 Vol.-%
5) Gecertificeerd meetbereik voor: 1 tot 100 ppm
6) Bereik van meetwaarden van een brandbaar gas die binnen een bandbreedte van +2 resp. - 5 % LEL rondom nul kunnen liggen en waarbij het meetapparaat '0' aangeeft.
Bereik van meetwaarden van zuurstof die binnen een bandbreedte van +/- 0,5% rondom 20,9% kunnen liggen en waarbij het meetapparaat '20,9' aangeeft.
Bereik van meetwaarden van een toxisch gas dat binnen een van de sensor afhankelijke bandbreedte rondom nul kunnen liggen en waarbij het meetapparaat „0" aangeeft. De exacte waarden zijn in de
kolom 'Vangbereik' van de betreffende sensor aangegeven.
Dit bereik van meetwaarden wordt 'vangbereik' genoemd, waarin geringe meetwaardeschommelingen (bijvoorbeeld signaalruis, concentratieschommelingen) niet tot een gewijzigde indicatie leiden.
Meetwaarden buiten het vangbereik worden met hun daadwerkelijke waarde aangegeven. Het ingestelde vangbereik kan met de pc-software Dräger CC-Vision worden uitgelezen en kan kleiner zijn dan
hierboven is aangegeven. Het vangbereik is tijdens de meetmodus permanent geactiveerd en in de kalibreermodus gedeactiveerd. Voor de DrägerSensor CatEx 125 PR Gas bij ondergrondse toepassing
geldt als vangbereik: +0,1 resp. -0,2 vol.-%.
7) Het apparaat reageert op de meeste brandbare gassen en dampen. De gevoeligheid verschilt per gas. Wij adviseren een kalibratie uit te voeren met het te meten doelgas. Bij de groep alkanen neemt de
gevoeligheid af van methaan tot nonaan.
8) De tabel van kruisgevoeligheden vindt u in de gebruiksaanwijzing of op de datasheet van de betreffende sensor.
9) De meetsignalen kunnen door ethaan, etheen, ethyn, kooldioxide en waterstof negatief worden beïnvloed. Geen O
10) De meetsignalen kunnen door zwaveldioxide, stikstofdioxide en waterstofadditief en door chloor negatief worden beïnvloed.
11) Gecertificeerd meetbereik voor: 0,4 tot 100 ppm
12) Gecertificeerd meetbereik voor: 3 tot 500 ppm
13) De meetsignalen kunnen door acetyleen, waterstof en stikstofmonoxide additief worden beïnvloed.
100
-meting in helium.
2