en groen
de lader
oplaadbare batterij aan (zie Afb. A).
1. Plaats de oplaadbare batterij
lader
6 ]
[
2. Steek de netstekker
stopcontact.
3. Wanneer de oplaadbare batterij
volledig is opgeladen, verwijdert u
de oplaadbare batterij uit de lader
(niet meegeleverd). Haal de
[
6 ]
netstekker uit het stopcontact.
Gebruik
LED-status
Rode LED
oplaadbare batterij
Groene LED
oplaadbare batterij is volledig opgeladen.
Groene en rode LED knipperen – De
oplaadbare batterij is defect.
Rode LED knippert – De oplaadbare
batterij is te koud of te warm.
Groene LED gaat branden (zonder
96
NL/BE
) geven de status van
[
8 ]
(niet meegeleverd) en de
6 ]
[
(niet meegeleverd).
gaat branden – De
7 ]
[
2 ]
[
gaat branden – De
8 ]
[
in een
[
5 ]
wordt opgeladen.
in de
2 ]
[