Inbedrijfstelling
Sleepnaad of trekkend lassen
De brander wordt van de lasnaad weg-
getrokken. Resultaat: branddiepte groter,
naadbreedte kleiner, bovenrups van naad
hoger en de bindfouttolerantie kleiner.
Lasverbindingen
Er zijn twee basisverbindingen in de lastech-
niek: stompnaad- en hoeknaadverbinding
(buitenhoek, binnenhoek en overlapping).
Stompnaadverbindingen
Bij stompnaadverbindingen tot een dikte van
2 mm worden de lasranden volledig tegen
elkaar aangebracht.
Voor grotere diktes dient volgens de volgen-
de tabel te worden gehandeld:
S
S =
1-3 mm
d = vlak
0,5-1,5- mm 1,5-2,5 mm 2-3 mm
d = loodlijn
1-1,5-mm
d = voorkant
1-2 mm
Vlakke stompnaadverbindingen
Lassen moeten zonder onderbreking en met
voldoende indringdiepte worden uitgevoerd,
daarom is een goede voorbereiding uiter-
mate belangrijk. De factoren die de kwaliteit
van het lasresultaat beïnvloeden, zijn: de
stroomsterkte, de afstand tussen de lasran-
den, de helling van de brander en de juiste
diameter van de lasdraad.
Hoe steiler de brander tegenover het werk-
stuk wordt gehouden, hoe hoger de indring-
diepte is en omgekeerd.
84
NL/BE
Om vervormingen die tijdens de materiaal-
behandeling kunnen optreden, te voorkomen
of te beperken, is het goed om de werkstuk-
ken met een voorziening vast te zetten.
Het dient te worden vermeden om de gelaste
structuur te verstijven, zodat breuken in de
las worden vermeden. Deze moeilijkhe-
den kunnen worden beperkt, wanneer de
mogelijkheid bestaat om het werkstuk zo te
draaien dat de las in twee tegenovergestel-
de doorvoeren kan worden geleid.
U
3-4 mm
4-6 mm
1,5-2,5 mm 2-3 mm
2-3 mm
3-4 mm
Lasverbindingen aan de buitenhoek
Dit type voorbereiding is zeer eenvoudig.
V
T