compressorinstallatie. Let daarbij op de aanwijzingen en de veiligheidsinstructies
van de fabrikant.
Als u het spuitprofiel niet naar wens kunt instellen met de vermelde mogelijkheden,
moet u het spuitpistool ombouwen.(zie 5.5 Ombouwen van het spuitpistool ).
WALTHER biedt hiervoor een gamma uileenlopende luchtkop-, spuitkop- en naald-
combinaties aan.
Gebreken van een spuitprofiel verhelpen
Uit de volgende tabel kunt u afleiden met welke instellingen u het spuitprofiel kunt
beinvloeden.
Spuitbeeldproef
Afwijking
Spuitbeeld is in het midden te dik
Spuitbeeld is aan de uiteinden te dik
Spuitbeeld is tamelijk grofdruppelig
Opgebrachte materiaal is in het mid-
den van het spuitbeeld erg dun
Spuitbeeld is in het midden gespleten
Spuitbeeld is erg convex
5.5
Ombouwen van het spuitpistool
De bij het spuitmateriaal passende luchtkop-/ materiaalspuitkop-/ naaldcombinatie
vormt een op elkaar afgestemde eenheid - het spuitkop-inzelstuk. Vervang altijd het
volledige inzetstuk, zodat de gewenste spuitprofielkwaliteit behouden blijft.
Waarschuwing
Schakel, voordat u met het ombouwen begint, altijd eerst de druk van de besturings-
en verstuivingslucht alsook de materiaalloevoer naar het spuitpistool uit i.v.m. gevaar
voor letsels.
Aanwijzing
Om volgende procedures uit te voeren, raden wie u aan u de uitklaptekening aan het
begin van deze gebruiksaanwijzing te gebruiken (
De luchtkap vervangen
1.
Schroef de geribde luchtkapmoer (pos. 1) af van het pistoolhuis (pos. 6).
2.
Trek de luchtkap (pos. 2) van het voorzelstuk naar beneden.
3.
Plaats de gewenste luchtkap op het pistoolhuis.
4.
Schroef de luchtkapmoer op het pistoolhuis.
Gewenst resultaat
Vereiste instelling
• Bredere spuitstraalvorm instellen
• Rondere spuitstraalvorm instellen
• Verstuiverluchtdruk verhogen
• Verstuiverluchtdruk verlagen
• Sproeierdiameter vergroten
• Verstuiverluchtdruk verlagen
• Materiaaldruk verhogen
• Materiaaldruk verlagen
• Verstuiverluchtdruk verhogen
Pagina
2).
72
Vervangen van de materiaalspuitkop en -naald
1.
Verwijder de luchtkap (zie 5.5 De luchtkap vervangen).
2.
Schroef de materiaalspuitkop (pos. 3) uit het pistoolhuis (SW 13). Demonteer de
dichtingsring (pos. 4) en de luchtverdeelring (pos. 5).
3.
Schroef de trekstang (pos. 33) eruit.
4.
Schroef de kap (pos. 32) van het pistoolhuis.
5.
Trek de naald (pos. 25-29) uit het pistoolhuis.
Het monteren van het nieuwe nozzle-inzelstuk en van de overige onderdelen gebe-
urt in omgekeerde volgorde.
6
Onderhoud
6.1
Veiligheidsinstructies
•
Schakel voordat u met onderhoudswerkzaamheden gegint, allijd eerst de druk
van de besturingsen verstuvingslucht alsook van de materiaalloevoer naar het
spuitpistool uit p gevaar voor letsels.
•
Vuur, open licht en roken is verboden in de werkruimte. Bij het verstuiven van
licht entvlambare stoffen (zoals reinigingsmiddelen)is er verhoogd risico op
brand en ontploffing.
•
Respecteer de veiligheidsinstructies van de fabrikant van het reinigingsmiddel.
Vooral agressieve en bijtende reinigingsmiddelen kunnen schade aan de
gezondheid veroorzaken.
6.2
Basisreiniging
Om de levensduur en de werking van het spuitpistool lang te vrijwaren, moet het
pistool regelmatig worden gereinigd en gesmeerd.
Gebruik voor het reinigen van het spuitpistool alleen die reinigingsmiddelen, die door
de fabrikant van de volgende bestandden bevallen:
•
gehalogeneerde koolwaterstoffen (zoals 1,1,1, trichloorethaan, methyleenchlo-
rid enz.);
•
zuren en zuurhoudende reinigingsmiddelen;
•
gerecycleerde oplosmiddelen (verbunde middelen);
•
ontlakkingsmiddelen.
De hiertoeven opgesomde bestanddelen veroorzaken bij gegalvaniseerde onderde-
len chemische reakties en schade als gevolg van corrosie.
Voor schade die het gevolg is van een dergelijke behandeling geeft WALTHER
Spritz- und Lackiersysteme geen garantie.
Reinig het spuitpistool
•
voor elke verandering van verf of materiaal.
•
wekelijks minstens eenmaal.
•
wekelijks verschillende malen in functie van het materiaal en de grad van
voerontreiniging.
Opgelet
Leg het spuitpistool niet in een oplosmiddel of een ander reinigingsmiddel. Een
onberispelijke werking van het pistool kan anders niet worden gegarandeerd.
73