Nederlands
Fig. 19: Aanbrengen van de montagevork
9.2.3 Motor vervangen
110
• Voorgemonteerde lantaarneenheid voorzichtig in het pomphuis
plaatsen en vastschroeven. Daarbij de roterende delen aan de koppe-
ling vasthouden om beschadigingen aan de mechanische afdichting
te voorkomen.
• Koppelingsschroeven een beetje losdraaien, voorgemonteerde kop-
peling een beetje openen.
• Motor met geschikt hijswerktuig monteren en de verbinding lan-
taarnstuk-motor (en adapterring bij bepaalde BL-pompen) vast-
schroeven.
• Montagevork (Fig. 19, pos. 10) tussen lantaarnstuk en koppeling
schuiven. De montagevork mag geen speling hebben.
• Koppelingsschroeven (Fig. 1/2/3/4/5, pos. 1.41) eerst licht aanhalen,
totdat de halve koppelingsschalen tegen de compensatieschijven
aanliggen.
• Koppeling vervolgens gelijkmatig verder vastschroeven. Daarbij
wordt de voorgeschreven afstand tussen lantaarnstuk en koppeling
van 5 mm automatisch via de montagevork ingesteld.
• Montagevork demonteren.
• Koppelingsbeveiliging monteren.
• Motor resp. netaansluitleidingen vastklemmen.
Pomptype design C:
• Nieuwe mechanische afdichting op de as plaatsen. Als smeermiddel
kan een in de handel verkrijgbaar afwasmiddel worden gebruikt (evt.
vlakke spie en compensatieschijf opnieuw aanbrengen).
• Waaier met onderlegschijf/-schijven en moer monteren, daarbij tegen
buitendiameter van de waaier houden. Voorkom beschadigingen van
de mechanische afdichting door kanteling.
• Voer de vooraf gemonteerde aandrijving met lantaarneenheid (kop-
peling, as, mechanische afdichting, waaier) voorzichtig met een
geschikt hijswerktuig in het pomphuis en schroef deze vast.
• Motor resp. netaansluitleidingen vastklemmen.
De motorlagers zijn onderhoudsvrij. Hardere lagergeluiden en onge-
bruikelijke vibraties duiden op slijtage van het lager. Het lager resp. de
motor moet dan worden vervangen. Vervangen van de aandrijving
enkel door de Wilo-servicedienst.
• Schakel de installatie spanningsvrij en beveilig ze tegen onbevoegd
herinschakelen.
• Spanningvrijheid controleren.
• Werkbereik aarden en kortsluiten.
• Afsluiters voor en achter de pomp sluiten.
• Pomp door het openen van het ontluchtingsventiel
(Fig. 1/2/3/4/5/6, pos. 1.31) drukloos maken.
Demontage:
GEVAAR! Gevaar voor verbranding!
Door de hoge temperatuur van de vloeistof bestaat er verbran-
dingsgevaar.
• Bij hoge temperaturen van het medium vóór alle werkzaamheden
laten afkoelen.
LET OP:
• Bij het vastdraaien van schroefverbindingen in combinatie met de
hieronder beschreven werkzaamheden: Het voor het schroef-
draadtype voorgeschreven schroefaanhaalmoment in acht nemen
(zie lijst 'Tab. 5: Aanhaalmomenten schroeven' op pagina 112).
WILO SE 07/2018