Probleem
Er stroomt water in de koelkast.
De temperatuur kan niet worden
ingesteld.
De temperatuur in het apparaat is
te laag/te hoog.
De vijfde temperatuurindicator
knippert.
Eerste of tweede temperatuurin‐
dicator knippert.
Als het probleem aanhoudt, neemt
dan contact op met een erkende
servicedienst.
14
NEDERLANDS
Mogelijke oorzaak
Opgeborgen voedingsproducten
voorkomen dat het water in de
wateropvangbak loopt.
De waterafvoer is verstopt.
De Extra Cool-functie wordt inge‐
schakeld.
De temperatuur is niet correct in‐
gesteld.
De deur is niet goed gesloten.
Het eten is te heet.
Te veel voedsel wordt tegelijker‐
tijd bewaard.
De deur werd vaak geopend.
De Extra Cool-functie is inge‐
schakeld.
Er wordt geen koude lucht gecir‐
culeerd in het apparaat.
Communicatieprobleem.
Storing van de temperatuursen‐
sor.
7.2 Het lampje vervangen
Neem voor het vervangen van de lamp
contact op met het erkende servicecentrum.
7.3 De deur sluiten
1. Reinig de deurpakkingen.
Oplossing
Zorg ervoor dat voedingsproduc‐
ten de achterwand niet raken.
Reinig de waterafvoer.
Schakel Extra Cool-functie hand‐
matig uit, of wacht totdat de func‐
tie automatisch wordt gedeacti‐
veerd. Raadpleeg de rubriek over
"Extra Cool functie".
Stel een hogere/lagere tempera‐
tuur in.
Raadpleeg het gedeelte "De deur
sluiten".
Laat het voedsel afkoelen voor‐
dat u het opbergt.
Bewaar minder voedsel tegelij‐
kertijd.
Open de deur alleen als dat no‐
dig is.
Zie de rubriek over 'Extra Cool-
functie'.
Er wordt geen koude lucht gecir‐
culeerd in het apparaat. Raad‐
pleeg het hoofdstuk "Tips en ad‐
vies".
Neem contact op met de erkende
servicedienst. Het koelsysteem
blijft de voedingsproducten koe‐
len, maar de temperatuurinstel‐
ling kan niet worden gewijzigd.
Neem contact op met de erkende
servicedienst. Het koelsysteem
blijft de voedingsproducten koe‐
len, maar de temperatuurinstel‐
ling kan niet worden gewijzigd.