Til de bedieningsconsole (1) achteraan
met een lichte ruk op en neem de console
uit de robotmaaier. Deze blijft met een
spiraalkabel met het apparaat verbonden.
Bedieningsconsole plaatsen:
Berg de spiraalkabel (1) op in het
behuizingsvak. Kantel de
besturingsconsole iets naar achteren, leid
de bevestigingsnokken (2) in de
uitsparingen van de behuizing (3), druk de
besturingsconsole vooraan omlaag en laat
deze vastklikken.
0478 131 9954 C - NL
15.3 Programmering aanpassen
De huidige programmering kan in het
maaischema of bij de modellen
RMI 632 C, RMI 632 PC in de iMOW®
app worden bekeken. (
10.)
Het maaischema wordt bij de installatie of
het maken van een nieuw maaischema
vanuit de grootte van het maaivlak
berekend.
De actieve tijden en de maaiduur kunnen
afzonderlijk worden gewijzigd. Bij het
maaischema Standaard maait en laadt de
robotmaaier precies binnen de actieve
tijden; bij het maaischema Dynamisch
worden de vereiste maaibeurten
automatisch verdeeld over de mogelijke
actieve tijden. Zo nodig lopen er tijdens
een actieve tijd ook meerdere maaibeurten
en oplaadprocedures af. Desgewenst
wordt de rand van het maaivlak
automatisch met regelmatige tussenpozen
gemaaid. (
11.13)
Er zijn maximaal drie verschillende actieve
tijden per dag mogelijk. (
11.7)
Als de robotmaaier bepaalde zones in het
maaivlak gericht moet behandelen,
moeten er specifieke startpunten worden
gedefinieerd. (
11.14)
Als het maaischema Dynamisch is
geselecteerd worden soms
(bijvoorbeeld bij mooi weer of
royale tijdvensters) voor een
optimaal gazononderhoud niet alle
actieve tijden benut.
Wijzigen van de actieve tijden: (
– Aanvullende actieve tijden voor verdere
maaibeurten
– Tijdvensters aanpassen, om
bijvoorbeeld 's morgens of 's nachts
maaien te vermijden.
– Specifieke activiteiten overslaan,
omdat het maaivlak bijvoorbeeld wordt
gebruikt voor een feestje.
Verlengen van de maaiduur: (
– Er zijn zones die niet voldoende worden
gemaaid, bijvoorbeeld omdat het
maaivlak veel hoeken heeft.
– Intensieve aangroei van het gras in het
groeiseizoen
– Zeer vol gazon
Verkorten van de maaiduur: (
– Minder aangroei van het gras vanwege
hitte, koude of droogte
Maken van een nieuw maaischema:
(
11.7)
– De grootte van het maaivlak is
gewijzigd.
Nieuwe installatie: (
– Nieuwe locatie van het dockingstation
– Eerste inbedrijfstelling op een nieuw
maaivlak
15.4 Maaien met automaat
● Automaat inschakelen:
bij ingeschakelde automaat
verschijnt op het display naast
het accusymbool het
automaatsymbool. (
● Maaibeurten starten:
Bij het maaischematype Standaard
rijdt de robotmaaier aan het begin van
11.7)
elke activiteit weg en maait het gazon.
Bij het maaischematype Dynamisch
worden de maaibeurten automatisch
over de beschikbare actieve tijden
verdeeld. (
11.7)
11.7)
11.7)
9.6)
11.7)
351