1
Fig. 2
8
7
6
5
4
Fig. 3
D
C
A
B
Fig. 4
A
Fig. 5
76
2
3
Transport
De machine mag alleen bij het onderstel worden opgetild
en getransporteerd. Nooit optillen voor transport bij de be-
schermvoorzieningen, afstelhendels of schaaftafel.
Voor transport de machine van de stroomtoevoer afsluiten.
Gedurende het transport moet de schaafasbescherming
zich in de onderste positie bevinden.
Het uitpakken van de machine
Controleer de inhoud op eventuele transportschade. In
geval van schade moet dit direct worden gemeld bij de
transporteur. Controleer of de inhoud volledig is. Meld het
direct bij de handelaar als er onderdelen ontbreken.
De machine wordt compleet in een kartonnen doos ver-
stuurd. Extra onderdelen, die u aan de machine moet
bevestigen, moeten voor de montage bij elkaar worden
gezocht en ingedeeld worden.
Fig. 2
1 Vlak- en vandikteVlak-vandiktebank
2 Schaafgeleider
3 Zeskantsleutel 4 mm
4 Handvat
5 Cilinderschroef met interne zeskant 5 – 1,0 x 15
6 Veiligheidsring 5 mm
7 Opvulring 5 mm
8 Afzuigmond
Montage
Afstellen van de schaafgeleider (Fig. 3)
• Zet de klemschroef van de schaafgeleider in de gleuf
van de zijwand A.
• Door het opzij bewegen van de schaafgeleider de
schroef vastzetten B.
• De klemschroef vastdraaien (Fig. 4).
• De geleider parallel met de vlaktafel uitlijnen en de
schroef vastzetten (Fig. 5).
• Het verstellen van de hoek vindt plaats door het los-
draaien van de stergrijpschroef C.
• Een exacte instelling kan worden uitgevoerd op basis
van de schaalverdeling D.