Veiligheidsinstructies - IKA LR 2.ST Mode D'emploi

Veiligheidsinstructies

Het laboratoriumreactorsysteem mag uitsluitend worden gebruikt met geschikte beveiligingsinrichtingen!
Er kan alleen met de apparatuur gewerkt worden vanachter een beschermwand of onder gesloten afzuigkap!
De laboratoriumreactor moet op elk willekeurig moment van het net worden afgekoppeld middels een nood-
schakelaar. Activering van de laboratoriumreactor is alleen toegestaan met de veiligheidsschakelaar die bij de
apparatuur wordt geleverd en met de splinterbescherming.
De voedingsspanning van het roerwerk en van de dispersiemotorgroep moet worden aangeleverd via de vei-
ligheidsschakelaar LR-2.SI. Om dit te bewerkstelligen, dienen de apparaten uitsluitend te worden aangeslo-
ten op de meervoudige contactdoos van de veiligheidsschakelaar.
De apparaten die in werking moeten blijven na het openen van het deksel van de reactor (bijv. de thermo-
staat) moeten niet via de veiligheidsschakelaar worden geactiveerd.
Volg de voorschriften voor ongevallenpreventie die van toepassing zijn voor het type activiteit en de werkplek
en draag uw persoonlijke beschermingsuitrusting wanneer u met de laboratoriumreactor werkt.
In de laboratoriumreactor LR-2.ST mag niet gewerkt worden met explosieve of brandbare gassen, dampen of
oplosmiddelen!
Het apparaat is niet ontworpen om gebruikt te worden in ruimtes waar explosiegevaar bestaat!
Werking met overdruk is niet toegestaan!
Het apparaat is ontworpen voor een werking bij vacuüm tot 25 mbar (zie accessoires)!
Neem alle maatregelen die nodig zijn voor het hanteren van producten en derivaten van de reactie.
Al naargelang de toepassing en de materialen kunnen er gevaren optreden in samenhang met de aanraking
met of de inademing van giftige vloeistoffen, gassen, nevel, dampen of poeder.
In sommige gevallen kunnen ook gevaren in samenhang met biologische en/of microbiologische materialen
optreden.
Draaiende werktuigen vormen een bron van gevaar!
Dankzij de stop van de ingebouwde eindaanslag, kan het roerwerk en/of het dispergeerapparaat alleen
gestart worden in lage positie. Het ankerroerwerk en het dispersiewerktuig kunnen alleen geactiveerd wor-
den in het gesloten reactievat!
Het is niet toegestaan de laboratoriumreactor in werking te stellen wanneer deze geopend is!
Als de reactor geopend is, veroorzaakt het draaien van het dispersiewerktuig of van het met product gevulde
ankerroerwerk het wegspatten van deeltjes en/of vloeistoffen.
De vaten van de laboratoriumreactor LR 2000.1 en LR 2000.2 kunnen bij afwezigheid van druk alleen ver-
warmd worden met behulp van de dubbele bekleding met thermostaat of gelijksoortige warmtebronnen.
Gebruik van een verwarmingsmantel of een thermische plaat dient absoluut vermeden te worden (explosie-
gevaar)!
Voor het temperen van het vat met enkele mantel van de laboratoriumreactor LR 2.1 wordt het digitale ther-
mostatische bad IKA HBR 4 aanbevolen.
Wanneer op normale druk wordt gewerkt, moet het systeem van de reactor altijd geventileerd worden, om
drukopbouw door sterk vluchtige gassen en/of een onbekend drukverloop van de reactie te voorkomen.
Condenseer de vluchtige gassen op een condensator met kegelslijping (bijv. terugstroomcondensor) op het
deksel van de reactor!
Houd u aan de toegestane maximumtemperatuur van 230°C in het reactievat.
Gevaar voor brand- en schroeiwonden op de ketel en/of op het verwarmde deksel van de reactor. Draag bij
het werken met verwarmde delen veiligheidshandschoenen!
Werk met de splinterbescherming. Deze biedt ook bescherming tegen ongewilde aanraking van het hete
reactievat.
De voor het temperen gebruikte thermostaat moet in perfecte staat van werking zijn. Een defecte thermo-
staat kan ongecontroleerde reacties veroorzaken!
Controleer, alvorens het vat van de reactor te vullen, of de gebruikte reagentia de afdichting van FFPM niet
aantasten!
Werk uitsluitend met door IKA
Gebruik uitsluitend originele IKA
38
®
goedgekeurde accessoires!
® vervangingsonderdelen!