Télécharger Imprimer la page

DAB FEKA VS GRINDER Instructions Pour L'installation Et La Maintenance page 29

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 14
7. CONTROLE VAN DE DRAAIRICHTING (VOOR DRIEFASIGE MOTOREN)
Afb.6
Als het niet mogelijk is om bovenstaande te doen omdat de pomp al geïnstalleerd is, moet de controle als volgt worden uitgevoerd:
1. Start de pomp en bekijk het waterdebiet.
2. Stop de pomp, neem de spanning weg en verwissel twee fasen van de voedingslijn onderling.
3. Start de pomp weer en controleer het waterdebiet opnieuw.
4. Stop de pomp.
De juiste draairichting is de richting waarbij het debiet het HOOGST is en de stroomopname het LAAGST!
8. STARTEN
De modellen met vlotterschakelaar treden automatisch in werking als het waterpeil stijgt. De modellen zonder vlotter treden in werking
door middel van een schakelaar bovenstrooms van de aansluiting (niet meegeleverd).
Tijdens de eerste start zou er tijdelijk lawaai te horen kunnen zijn vanwege roest op het oppervlak, dat zich
heeft gevormd na de test in water waaraan elke pomp wordt onderworpen aan het einde van het
productieproces. Dit gaat vanzelf over naarmate de pomp wordt gebruikt, er zijn geen ingrepen nodig. Als het
lawaai aanhoudt, raadpleeg par.11
9. VOORZORGSMAATREGELEN
• Het zuigfilter moet altijd aanwezig zijn tijdens de werking van de pomp.
Afb.4 Elektrische
bedrading, eenfasig.
Bij elke nieuwe installatie moet de draairichting worden gecontroleerd.
Ga als volgt te werk (Afb.6):
1. Zet de pomp op een vlakke ondergrond.
2. Start de pomp en stop hem onmiddellijk.
3. Bekijk de terugslag bij het starten aandachtig, met de pomp gezien vanaf
de motorzijde. De draairichting is juist, d.w.z. met de klok mee, als de
beschermkap beweegt zoals op de tekening (tegen de klok in).
8.1.
Het inschakelniveau (START) en/of het uitschakelniveau (STOP) van de pomp
worden geregeld door het stuk kabel tussen de vlotter en het vaste punt
(uitsparing in het handvat - Afb.7) te verlengen of te verkorten.
Let erop dat de vlotter vrij moet kunnen bewegen.
Minimaal stopniveau 360 mm tot de bodem.
Afb.7
NEDERLANDS
Regeling van de vlotterschakelaar
27
Afb.5 Elektrische
bedrading met
regelkast, driefasig.

Publicité

loading