nl Reiniging en onderhoud
Reiniging en onderhoud
10 Reiniging en onderhoud
Reinig en onderhoud uw apparaat zorgvuldig om er
voor te zorgen dat het lang goed blijft werken.
10.1 Materiaalschade aan het oppervlak
vermijden
Meer informatie over het vermijden van schade aan het
oppervlak vindt u in de documenten van de fabrikant.
Opmerking: Zorg ervoor dat de oppervlaktebescher-
ming tijdens het gebruik schoon is, om te voorkomen
dat abrasieve deeltjes, zoals bijvoorbeeld zout, zich
hiertussen en het oppervlak bevinden
10.2 Bedieningsknop reinigen
Opmerking: Demonteer de bedieningsknop niet voor
het reinigen.
Citroen en azijn zijn niet geschikt voor het reinigen en
kunnen leiden tot matte plekken.
Storingen verhelpen
11 Storingen verhelpen
Kleinere storingen aan het apparaat kunt u zelf verhel-
pen. Raadpleeg voordat u contact opneemt met de
klantenservice de informatie over het verhelpen van
storingen. Zo voorkomt u onnodige kosten.
WAARSCHUWING ‒ Kans op letsel!
Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag repa-
▶
raties aan de inductiemodule uitvoeren.
Bel de klantenservice wanneer de inductiemodule
▶
defect is.
11.1 Functiestoringen
Storing
Er brandt geen enke-
le indicatie.
De lichtring van de
bedieningsknop knip-
pert groen en violet.
10
Oorzaak en probleemoplossing
De stroomtoevoer is onderbroken.
Controleer met behulp van andere elektrische apparaten of er sprake is van een stroom-
▶
storing.
Het inductieveld is niet volgens het schakelschema aangesloten.
Sluit het inductieveld aan volgens het schakelschema.
▶
Storing in de elektronica
Als u de storing niet kunt verhelpen, schakel dan de technische servicedienst in.
▶
Het inductieveld is niet volgens het schakelschema aangesloten.
Neem contact op met uw elektriciteitsbedrijf.
▶
Reinig de bedieningsknop met warm zeepsop en
1.
een zachte doek.
Gebruik bij de reiniging niet te veel water.
2.
10.3 Oppervlaktebescherming reinigen
Afnemen met een doek met lauw zeepsop.
▶
Opmerking: Niet in de vaatwasser reinigen of in water
onderdompelen, omdat er anders schade kan ont-
staan.
10.4 Onderhoud van het middelste licht van
de kookzone en de temperatuursensor
Het middelste licht van de kookzone en de tempera-
tuursensor bestaan uit een stuk kwarts.
Houd het oppervlak van het kwarts schoon en vrij
▶
van resten.
WAARSCHUWING ‒ Kans op elektrische schok!
Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag repa-
▶
raties aan de inductiemodule uitvoeren.
Uitsluitend originele reserve-onderdelen voor de re-
▶
paratie van de inductiemodule gebruiken.
Wanneer de netaansluitkabel of de apparaataan-
▶
sluitkabel van deze inductiemodule beschadigd
raakt, moet deze kabel worden vervangen door een
speciale netaansluitkabel of speciale apparaataan-
sluitkabel die verkrijgbaar is bij de fabrikant of de
klantenservice.
Opmerking: Wanneer er een fout optreedt, dan scha-
kelt de inductiemodule niet in de standby stand.
Om de gevoelige onderdelen van de inductiemodule te
beschermen tegen oververhitting of stroomstoten, kan
het vermogensniveau van de kookzone kortstondig
worden gereduceerd.