•
Zet het instelblok voor klingen (15), zoals
getoond in afbeelding 18, op het mesblok.
Let erop dat het mes (21) het instelblok voor
klingen (15) aan beide kanten raakt. Let erop
dat het mes dezelfde werkhoogte bereikt als
de afneemtafel.
•
Draai de spanschroeven (c) aan met de mee-
geleverde platte open sleutel (17).
•
Schuif de afdekking (12) van het schaafmes
terug in positie zodat het mes (21) is bedekt.
Waarschuwing!
Gebruik uitsluitend de voor dit apparaat door de
fabrikant aanbevolen messen. Bij gebruik van an-
dere messen bestaat lichamelijk gevaar op grond
van controleverlies.
Vermijd het overdraaien en mogelijk loskomen
van de schroefdraad. Grendels (22) of schroeven
met versleten schroefdraad moeten onmiddellijk
worden vervangen.
8. Opsporen en verhelpen van
fouten
1. De machine kan niet worden aangezet:
•
Netstroom ontbreekt. Controleer de stroom-
toevoer.
•
Koolborstels versleten. Laat de koolborstels
door een elektrovakman vervangen.
•
Veiligheidsschakelaar (d/e) niet geactiveerd.
2. De machine wordt uitgeschakeld terwijl
ze met nullast draait:
•
Stroomuitval (zekeringen controleren). Zeke-
ring door een elektrovakman laten vervangen.
3. De machine stopt tijdens het schaven:
•
Botte messen of te snelle aanvoer. Messen
vervangen of aanvoersnelheid verminderen.
4. Snelheidsverlies tijdens het schaven:
•
Te grote snijdiepte. Snijdiepte verminderen.
•
Te hoge aanvoersnelheid. Aanvoersnelheid
verminderen.
•
Botte messen. Messen vervangen.
5. Slechte oppervlaktoestand van het ge-
schaafde werkstuk:
•
Botte messen. Messen vervangen.
•
Aanvoer ongelijkmatig. Werkstuk aanvoeren
met constante druk en verminderde aanvo-
ersnelheid.
Anl_TC_SP_204_2_SPK13.indb 92
Anl_TC_SP_204_2_SPK13.indb 92
NL
•
Stofzuiginstallatie (niet bij de omvang van de
levering begrepen) niet aangesloten. Stofzu-
iginstallatie aansluiten.
6. Spaanuitwerpopening geblokkeerd tij-
dens het vlak- of vandikteschaven:
•
Geen stofzuiginstallatie (niet bij de omvang
van de levering begrepen) aangesloten. Stof-
zuiginstallatie aansluiten.
•
Hout te vochtig.
7. Ongelijkmatige aanvoersnelheid tijdens
het vandikteschaven:
•
Rubberriem te los. Rubberriem controleren
en, indien nodig, vervangen.
•
Vandiktetafel (20) vervuild. Vandiktetafel (20)
schoonmaken en, indien nodig, behandelen
met een glijmiddel.
9. Vervanging van de
netaansluitleiding
Gevaar!
Als de netaansluitleiding van dit apparaat be-
schadigd wordt, dan moet hij door de fabrikant
of diens klantendienst of door een gelijkwaardig
gekwalifi ceerde persoon vervangen worden, om
gevaren te vermijden.
10. Reiniging, onderhoud en
bestellen van wisselstukken
Gevaar!
Trek vóór alle onderhouds-, reinigings- en instel-
werkzaamheden de netstekker uit het stopcon-
tact.
10.1 Reiniging
•
Hou de veiligheidsinrichtingen, de ventila-
tiespleten en het motorhuis zo veel mogelijk
vrij van stof en vuil. Wrijf het toestel met een
schone doek af of blaas het met perslucht bij
lage druk schoon.
•
Het is aan te bevelen het toestel direct na elk
gebruik te reinigen.
- 92 -
15.02.2024 08:51:21
15.02.2024 08:51:21