2. Als de zaagketting correct is gesmeerd, verschijnt
er binnen 1 minuut een duidelijke lijn olie op het
oppervlak.
3. Als de smering van de zaagketting niet correct is,
voert u de volgende controles uit.
a) Controleer het oliekanaal in de geleider om te
controleren of dit niet verstopt is. Maak schoon
indien nodig.
b) Controleer de groef in de rand van de geleider
om ervoor te zorgen dat deze schoon is. Maak
schoon indien nodig.
c) Zorg ervoor dat het neuswiel van het zaagblad
soepel draait en dat de smeeropening van het
tandwielpunt van de geleider open is. Maak
schoon en smeer indien nodig.
4. Als de smering van de zaagketting niet correct is
nadat u de bovenstaande stappen hebt gevolgd,
neem dan contact op met uw servicedealer.
1036 - 009 - 01.03.2023
Het kettingaandrijfwiel controleren
•
Controleer het kettingaandrijfwiel op slijtage.
Vervang het kettingaandrijfwiel indien nodig.
•
Het kettingaandrijfwiel moet vervangen worden
telkens wanneer u de zaagketting vervangt. De holle
zijde van de grote onderlegringen (A) moet in de
richting van het aandrijfkettingwiel (B) wijzen.
A
Snijuitrusting controleren
1. Controleer op scheurtjes in klinknagels en schakels
en op losse schakels. Vervang indien nodig.
2. Controleer of de zaagketting eenvoudig te buigen is.
Vervang de zaagketting wanneer deze onbuigzaam
is.
3. Vergelijk de zaagketting met een nieuwe om te
bepalen of de klinknagels en schakels versleten zijn.
4. Vervang de zaagketting wanneer het langste deel
van de zaagtand kleiner dan 4 mm/0,16 inch is.
Vervang de zaagketting ook als er scheurtjes in de
zaagtanden zitten.
B
59