Trek de maaiwerkophanging voor (1) naar
beneden en houd deze daar. Til het
maaiwerk met één hand licht op en steek
daarbij de ophangbout aan het maaiwerk
in de boring van de maaiwerkophanging
voor (1). Steek de borgsplitpen (2) door de
boring van de ophangingsbout.
● Herhaal de procedure aan andere zijde.
Voorkant maaiwerk vasthaken
(RT 5112 Z, RT 6112 ZL, RT 6127 ZL):
Klap de voorste maaiwerkophanging (1)
naar beneden en haak deze zoals
afgebeeld aan het maaiwerk (2) vast.
Schuif het maaiwerk (2) naar achteren en
bevestig hiermee de voorste
maaiwerkophanging (1) aan het
maaiwerk.
188
V-riem aan de spanrol vasthaken
RT 5112 Z, RT 6112 ZL, RT 6127 ZL:
Druk de afdekking (1) omlaag en houd
deze vast. Schuif de borgpen (2) circa
0,5 cm omhoog. Haak de V-riem (3) aan
de spanrol (4) vast.
Druk de borgpen (1) tot aan de aanslag
omlaag. De borgpen (1) moet op de
afdekking (2) vastklikken.
Controleer of de borgpen goed en
stevig vastzit.
RT 5097, RT 5097 Z, RT 5112 Z,
RT 6112 ZL, RT 6127 ZL:
Druk de montageplaat (1) naar voren en
houd deze vast. Trek de V-riem (2) naar
voren en til deze met de V-riemafdekking
op.
Haak de V-riem (2) goed (zonder
verdraaien) in de V-riempoelie vast.
Maaiwerk achter vasthaken:
Controleer vóór het vasthaken of
het maaiwerk correct is
vastgehaakt aan de voorste
maaiwerkophanging.
● Til het maaiwerk met één hand op en
houd het vast. De boringen van de
ophanging en de bevestigingsbouten
aan het maaiwerk moeten
samenvallen.
0478 192 9913 C - NL