Live weergave
Instellingen
Opmerking
De live weergave kan als volgt worden ingesteld.
Open het hoofdmenu en klik op "Configuration". Klik
vervolgens op "Live Kijken":
In de tab "Algemeen" zijn de volgende instellingen
beschikbaar:
VGA/HDMI, MAIN CVBS
Video Uitgang
Selecteert de aansluiting waaraan de
instellingen gewijzigd worden
Diverse camera lay-outs
Mode
Omschakeltijd tussen de
Tijdsinterval
afzonderlijke camera's bij
sequentieweergave
Audio-uitvoer van de video-uitgang
Audio Uitgang
activeren/deactiveren. Het audio-
Inschakelen
signaal wordt alleen uitgevoerd, als
de betreffende camera-ingang als
volledig beeld wordt weergegeven
Monitor voor de uitvoer van
Evenement
gebeurtenissen toewijzen
Uitgang Poort
Evenement
in seconden waarmee de
Tijdsinterval
gebeurtenis op de toegewezen moni-
tor wordt weergegeven.
Post Event Dis-
in seconden, bepaalt de duur van het
pop-up venster voor een evenement.
play Time
Opmerking
Het recorderbeeld kan via een HDMI- of een
VGA-monitor worden uitgegeven. De
combinatie van HDMI- en VGA-uitgang wordt
ondersteund.
De BNC-uitgang kan voor een spotmonitor of
voor een zelfstandige monitor worden
gebruikt.
Opmerking
HDMI/VGA-monitor aangesloten:
een aangesloten HDMI/VGA-monitor wordt auto-
195
matisch de hoofdmonitor wanneer de audio-
uitgang ook is toegewezen. De BNC-uitgang
Videospot Uit-uitgang geeft de camera's na elkaar
en op volledig scherm weer.
Wanneer de HDMI/VGA-kabel tijdens het bootproces van de
DVR niet is aangesloten, wordt het belangrijkste videosignaal
weergegeven bij BNC-uitgang MAIN. Sluit de HDMI/VGA-kabel
aan en reboot de DVR om het belangrijkste videosignaal bij de
HDMI/VGA-uitgang weer te geven.
Geen HDMI/VGA-monitor aangesloten:
het belangrijkste videosignaal wordt weergegeven
bij BNC-uitgang MAIN. De BNC-uitgang Videospot
Uit-uitgang geeft de camera's na elkaar en op
volledig scherm weer.
Camera-uitgang instellen
U kunt maximaal 16 camera's (TVVR45030) in het
liveaanzicht tegelijk laten weergeven.
Klik op "Zicht":
1.
2.
Kies de weergavemodus.
1 x 1
2 x 2
3 x 3
1 + 5
1 + 7
4 x 4
3.
Met de navigatietoetsen wijst u de uitsnede op het
beeldscherm toe aan het gewenste camerasignaal.
De instelling X geeft aan dat deze camera niet
wordt gebruikt.
4.
Klik op PasToe om de instellingen over te nemen.