het niet door de gootsteen en giet het niet op het
land of in het riool.
Achteras
Voor een langere levensduur van de overbrenging is het
aanbevolen om de transmissieolie elke 120 bedrijfsuren bij
een erkend servicecentrum te verversen.
Carburator
LET OP: Breng geen wijzigingen aan de carburator
aan. Hierdoor zou de emissiewetgeving geschonden
kunnen worden.
Accu
De accu moet goed onderhouden worden om een lange
levensduur te garanderen.
De accu van uw machine dient steeds te worden opgeladen:
- voor het eerste gebruik van de machine na aankoop;
NL
- vóór elke langere periode waarin de machine niet zal
worden gebruikt;
- vóór de machine na een lange periode van stilstand
opnieuw in gebruik te nemen.
Lees de oplaadprocedures in het hoofdstuk Accu op pag.87
aandachtig en volg deze op. Als deze procedures niet in acht
worden genomen of als de accu niet wordt opgeladen, kan er
zich onherstelbare schade voordoen aan de elementen van de
accu.
Een lege accu dient zo snel als mogelijk opgeladen te worden.
De machine moet met de standaard bijgeleverde acculader
opgeladen worden. Deze acculader moet op de rode (+) en
zwarte (-) accupolen worden aangesloten. Volg voor het
gebruik van de acculader de aanwijzingen in het hoofdstuk
Acculader op pag.87.
Buitengewoon onderhoud
Laat aan het eind van het seizoen bij intensief gebruik en om de
twee jaar bij normaal gebruik een algemene controle door een
gespecialiseerd monteur van het assistentienetwerk uitvoeren.
7.4 Werkzaamheden aan de machine
Vervangen van de wielen
LET OP: Controleer regelmatig de toestand en de
spanning van de banden. Banden die in een slechte
staat verkeren of met een verkeerde bandenspanning
kunnen een slechter evenwicht van de machine
veroorzaken.
Zet de machine op een vlakke ondergrond. Zet aan de kant
waar het wiel vervangen moet worden een steunblok onder
een dragend deel van het chassis van de machine. De wielen
worden op hun plaats gehouden door een rubberen ring (A,
Fig.20) die door een dekseltje (B) worden beschermd en die u
beiden met een schroevendraaier kunt verwijderen.
OPMERKING: Bij vervanging van één of beide achterwielen
dient u na te gaan of eventuele verschillen van de
buitendiameter niet groter zijn dan 8-10 mm.
Smeer de as in met vet, voordat u opnieuw een wiel monteert.
Plaats de rubberen ring (A) en de steunring (C) zorgvuldig
terug. Bij het terug monteren van het achterwiel mag u niet
vergeten ook de vulring (E) en de borgring (D) terug te
monteren.
LET OP: Een verkeerde montage van de rubberen ring
kan ervoor zorgen dat de machine tijdens het rijden
het wiel verliest.
De banden repareren en vervangen
De banden hebben een binnenband:
- voor 11"x4.00"-4
- achter 15"x6.00"-6
De band moet bij een lek ke band altijd door een
96
bandenspecialist vervangen of gerepareerd worden.
Een zekering vervangen
Op de machine zijn drie zekeringen voorzien (G, fig. 3), met
verschillende vermogens, en volgende functies en kenmerken:
- Zekering van 5 A ter bescherming van de algemene circuits
en van de vermogenscircuits van de printplaat. Bij
inwerkingtreding wordt de machine gestopt en gaat het
controlelampje op het dashboard uit.
- Zekering van 15 A ter bescherming van het oplaadcircuit.
Bij de inwerkingtreding loopt de accu geleidelijk leeg
waardoor startproblemen ontstaan.
- Zekering van 100A voor de bescherming van de startmotor,
als deze in werking treedt kan de motor niet gestart worden.
Het vermogen van de zekering staat op de zekering zelf vermeld.
Een doorgebrande zekering moet altijd door een exemplaar
van hetzelfde type en vermogen worden vervangen en nooit
met één met een ander vermogen.
Wanneer u de oorzaken van de inwerkingtreding van de
beveiligingen niet kunt verhelpen, neem dan contact op met
een erkend servicecentrum.
De zekeringen bevinden zich onder het deksel (C); zie voor de
verwijdering en de montage van het deksel het hoofdstuk De
accu aansluiten op pag.87.
Snijwerktuig
Een goede afstelling van het maaidek is zeer belangrijk voor
een gelijkmatig gemaaid gazon.
Controleer bij een onregelmatig gemaaid gazon de
bandenspanning.
Mes
LET OP
- Draag werkhandschoenen om de toestand van het mes
te controleren.
- Vervang altijd een beschadigd of krom mes. Een
beschadigd mes mag in een poging om hem te
repareren niet gelast, rechtgebogen of gewijzigd
worden. Hierdoor kan het mes losraken, wat ernstig of
dodelijk letsel kan veroorzaken.
- Gebruik altijd originele, gemarkeerde messen (Fig.21).
- Controleer regelmatig of de bout is aangehaald tot 35
Nm (3,5 kgm).
Wanneer het maairesultaat na verloop van tijd niet goed meer
is, dan moet het mes waarschijnlijk worden geslepen. Een niet
goed geslepen mes scheurt het gras en zorgt ervoor dat het
gazon geel wordt.
- Het slijpen van het mes is erg moeilijk. Wanneer geen
rekening wordt gehouden met een goede balans kan het
mes abnormale trillingen veroorzaken waardoor het
losraakt met gevaarlijke gevolgen voor de bestuurder.
- Het mes moet in de juiste richting worden gemonteerd.
Een verkeerde montage kan een verkeerde aanhaling
veroorzaken waardoor het mes losraakt tijdens het werk
met gevaarlijke gevolgen voor de bestuurder. Daarom
moet het mes worden uitgebalanceerd en vervangen door
een erkend servicecentrum.
8. MILIEUBESCHERMING
Tijdens het gebruik van de machine moet de bescherming
van het milieu een belangrijk aspect vormen. Dit moet altijd
prioriteit hebben ten gunste van de samenleving en van de
natuur waarin we leven.
- Zorg ervoor dat u geen storende factor in de buurt bent.
- Volg de plaatselijke voorschriften voor de verwerking van
het maaiafval nauwgezet op.
- Volg de plaatselijke voorschriften voor de verwerking van
verpakkingsmateriaal, olie, benzine, accu's, filters, versleten
delen of elk onderdeel dat een slechte invloed heeft op het
milieu nauwgezet op; dit afval mag niet bij het huisvuil
worden geworpen, maar moet worden gescheiden en naar
speciale verzamelcentra worden gebracht, die de
materialen zullen recyclen.