Nederlands
De gasdruk kan worden gemeten bij een van de brandermonden
van de middelste kookplaat. Verwijder een branderkop. Sluit de
drukmeter aan op de mond. Draai de kookplaatbrander aan en
draai een andere brander aan en steek deze aan.
Draai na het controleren van de druk de kranen uit en zet de
branderkop terug.
Zet de brander op de juiste wijze weer in elkaar.
Aansluiten op de elektriciteit
Het fornuis dient door een bevoegd elektricien te worden
aangesloten in overeenstemming met de relevante voorschriften
van het Institute of Electrical Engineers (I.E.E.) alsmede de
vereisten van het plaatselijke energiebedrijf.
WAARSCHUWING: HET FORNUIS DIENT TE WORDEN GEAARD
Opmerking
Het fornuis dient te worden aangesloten op de juiste
stroomvoeding, zoals op het spanningslabel van het fornuis
vermeld is. Het fornuis dient te worden aangesloten via een
geschikte regeleenheid voor het fornuis, bestaande uit een
tweepolige schakelaar met een tussenruimte van ten minste
3 mm tussen de polen. Het fornuis mag niet op een normaal,
huishoudelijk stopcontact worden aangesloten.
Het totale elektrische vermogen van dit apparaat bedraagt
11,7 kW bij 230 V AC
Het fornuis dient te worden aangesloten op eenfase of multifase
stroomvoeding, geschikt voor een maximale gebruiksstroom van
minstens 51 amp. (Tenzij plaatselijke bepalingen toestaan dit
vermogen te verlagen door diversiteitsfactoren toe te passen)
Driefase stroomvoeding
Vanwege de fasebelasting dient het fornuis niet te worden
aangesloten op een driefase plus neutraal (3N) stroomvoeding
met een maximum van 16 A per fase.
Bij multifase aansluitingen dient het fornuis alleen te worden
aangesloten op een driefase plus neutraal (3N) stroomvoeding
met een capaciteit van 25 A per fase.
De bedrading van het fornuis is zodanig dat de maximaal
toegestane belasting op elke fase ongeveer het volgende
bedraagt: -
Fase 1
20 amp.
Fase 2
16 amp.
Fase 3
15 amp.
U kunt de beschermkap van het elektrisch aansluitpunt op het
achterpaneel verwijderen om bij de netaansluiting te komen.
Wanneer u de elektrische bedrading in orde maakt, dient u
ervoor te zorgen dat de aardedraad langer is dan de fase- en
neutrale draden. De aardedraad dient zo lang te zijn dat hij nooit
strak staat.
Sluit de elektriciteitskabel aan op de juiste aansluitpunten voor
de betreffende soort stroomvoeding (zie afb.). Controleer of
de aansluitingen en de schroeven van de aansluitpunten goed
vastzitten. Zet de elektriciteitskabel vast met de kabelklem.
Deze fornuizen zijn van het type X wat betreft de bescherming
tegen oververhitting van de omliggende oppervlakken.
Aardlekschakelaars met stroomsturing
Indien het fornuis is voorzien van een aardlekschakelaar (RCD)
met een gevoeligheid van 30 milliampère, is het mogelijk dat de
schakelaar omslaat wanneer het fornuis gelijktijdig met andere
huishoudelijke apparaten wordt gebruikt. In dergelijke gevallen
dient de stroomkring van het fornuis wellicht te worden voorzien
van een schakelaar van 100 mA. Dit werk dient uitsluitend door
een bevoegd elektricien te worden verricht.
Kookplaat
Controleer de branders één voor één. Het fornuis is voorzien van
een veiligheidsmechanisme dat de gastoevoer naar de brander
uitschakelt indien de vlam uitgaat en een ontstekingssysteem dat
in werking treedt als de bedieningsknop ingedrukt wordt. Voor
elke brander moet u de knop naar het symbool voor de grote
vlam draaien. Druk de knop in zodat er gas doorgelaten wordt
naar de brander. Het gas moet dan gaan branden. Blijf de knop
ongeveer 10 seconden ingedrukt houden.
Als de brander uitgaat wanneer u de knop loslaat, hebt u
niet lang genoeg gewacht. Wacht een minuut en probeer het
nogmaals maar houd de knop deze keer iets langer ingedrukt.
Ovencontrole
De klok moet ingesteld worden op de juiste tijd voordat de linker
multifunctionele oven kan werken.
Zie het onderdeel ‚De klok' over het instellen van de klok.
Zet de ovens aan. Controleer of de ovenventilator gaat draaien en
of de oven wordt verwarmd. Zet de ovens uit.
De plint monteren
Zet de binnenste plint met behulp van de 5 meegeleverde
schroeven aan de voorkant aan de onderkant van het fornuis.
52