SMA Solar Technology AG
Communicatiestoringen in het lokale netwerk
Het IP-adresbereik 192.168.12.0 tot 192.168.12.255 is voor de communicatie onder SMA-
producten en voor de directe toegang tot SMA-producten toegewezen.
Als dit IP-adresbereik in het lokale netwerk wordt gebruikt, zijn communicatiestoringen
mogelijk.
• Gebruik het IP-adresbereik 192.168.12.0 tot 192.168.12.255 niet in het lokale
netwerk.
DHCP-server geadviseerd
De DHCP-server wijst aan de netwerkdeelnemers binnen het lokale netwerk automatisch de
passende netwerkinstellingen toe. Daardoor is een handmatige netwerkconfiguratie
overbodig. Binnen een lokaal netwerk heeft meestal de internet-router de functie van DHCP-
server. Als de IP-adressen in het lokale netwerk dynamisch toegewezen moeten worden, moet
op de internet-router DHCP geactiveerd zijn (zie handleiding van de internet-router). Om na
opnieuw starten hetzelfde IP-adres van de internet-router te krijgen, de MAC-adreskoppeling
instellen.
In netwerken waarbinnen geen DHCP-server actief is, moeten tijdens de eerste inbedrijfstelling
geschikte IP-adressen uit de vrije adresvoorraad van het netwerksegment aan alle aan te
sluiten netwerkdeelnemers worden toegekend.
Instelling van een landspecifieke gegevensrecord voor het terugleverbedrijf
nodig
Om te waarborgen dat de omvormer bij de inbedrijfstelling het terugleverbedrijf uitvoert, moet
een landspecifieke gegevensrecord worden ingesteld (bijv. via de inbedrijfstellingsassistent
van het product of via een System Manager).
Zolang geen landspecifieke gegevensrecord is ingesteld, wordt het terugleverbedrijf gestopt.
Deze toestand wordt door tegelijkertijd knipperen van de groene en de rode led
gesignaleerd.
Pas wanneer de configuratie van de omvormer is afgerond, voert de omvormer automatisch
het terugleverbedrijf uit.
De landspecifieke gegevensrecord moet juist zijn ingesteld.
Als u een landspecifieke gegevensrecord instelt die niet geldig is voor uw land en uw
gebruiksdoel, kan dit leiden tot storing van de installatie en tot problemen met de
netwerkexploitant. Neem bij de keuze van de landspecifieke gegevensrecord in ieder geval
de ter plaatse geldende normen en richtlijnen evenals de eigenschappen van de installatie
(bijv. grootte van de installatie, netaansluitpunt) in acht.
• Als u niet zeker weet welke normen en richtlijnen voor uw land of uw gebruiksdoel geldig
zijn, neem dan contact op met de netwerkexploitant.
Beknopte handleiding
2 Veiligheid
STPxx-50-IS-xx-11
187