Interacties
Telio CS Link bevat geen eugenol en is daardoor ook uiter-
mate geschikt om als tijdelijk bevestigingscement te
gebruiken, indien later de adhesieve bevestigingsmethode
wordt toegepast. Voor eugenolhoudende cementen bestaat
in deze gevallen een contra-indicatie. Deze stoffen kunnen
op een later tijdstip de volledige uitharding van het beves-
tigingscomposiet van de definitieve restauratie beperken.
Ter voorkoming van definitieve hechting tussen Telio CS
Link en een net aangebrachte en geprepareerde opbouw-
vulling van composiet moet de composietopbouw met een
dunne materiaallaag worden geïsoleerd, bijvoorbeeld met
een in water oplosbare glycerinegel (bijv. Liquid Strip). Na
preparatie mogen er, voorafgaand aan het gebruik van
Telio CS Link, geen dentine-adhesieven en beschermingsl-
akken worden gebruikt.
Toepassing
1) Verwijder de afsluiting van de dubbelspuitverpakking
door deze een kwartslag tegen de klok in te draaien
(gooi de dop weg, niet opnieuw gebruiken!) en
vervang deze door een mengcanule. Plaats bij een reeds
gebruikte dubbelspuitverpakking de nieuwe mengcanu-
le net voordat Telio CS Link uit de verpakking wordt
gedrukt.
2) Let er bij het plaatsen van de mengcanule op dat de
geleidingen op de dubbelspuit en de mengcanule met
elkaar overeenstemmen. Schuif de canule daarbij geheel
naar beneden tot de uitsparing op de mengcanule en
de dubbelspuitverpakking elkaar raken. Houd de
gekleurde basis vast en zet de canule vast door deze
een kwartslag tegen de klok in te draaien. De Telio CS
Link basis- en katalysatorpasta is in de dubbelspuit
gebruiksklaar gedoseerd en wordt bij het uitdrukken in
de canule gemengd. Telio CS Link kan daardoor direct in
het provisorium worden aangebracht.
3) Breng Telio CS Link op de droge binnenzijden van de
provisorische restauratie en/of de geprepareerde, schoon-
gemaakte en gedroogde gebitsoppervlakken aan. De
verwerkingstijd bedraagt bij kamertemperatuur (23°C)
ca. 2,5 à 3 minuten.
Plaatsing van provisorische restauraties van Telio CAD:
Straal de binnenvlakken van de restauratie af (Al
100 µm korrelgrootte, 1 à 2 bar) of beslijp ze af met een
grove diamant.
4) Plaatsing van de restauratie en verwijderen van overtol-
lig cement
Plaats de provisorische restauratie met lichte druk op
de geprepareerde elementen. Overtollig materiaal kan
met verschillende methoden worden verwijderd.
4a) Verwijderen van overtollig materiaal door middel van
extra lichtuitharding (kwartentechniek)
Hard overtollig cementmateriaal uit met een polymeri-
satielamp (ca. 650 mW/cm
gedurende 2 à 4 sec. per kwartgedeelte van het ele-
ment (mesio-oraal, disto-oraal, mesiobuccaal, distobuc-
caal), op een afstand van ca. 0 à 10 mm. In de
taai-plastische toestand die het materiaal daardoor
krijgt, kan het gemakkelijk worden verwijderd met een
scaler. Belicht vervolgens alle randen nog eens
10 seconden lang met een polymerisatieapparaat
(>1000mW/cm
2
; bijv. bluephase in de HIP-stand).
4b) Verwijderen van overtollig materiaal in niet-uitgeharde
toestand
Verwijder overtollig, niet uitgehard materiaal direct na
plaatsing met een microbrush, penseel, pellet van
schuimplastic, tandzijde of een implantaatscaler. Wacht
daarna tot de zelfuitharding is voltooid (na ca. 3 minu-
ten) of hard het materiaal optioneel versneld uit door
middel van licht, gedurende 10 seconden per vlak
(>1000mW/cm
2
; bijv. bluephase in de HIP-stand).
4c) Verwijderen van overtollig materiaal in niet-uitgeharde
toestand
Verwijder overtollig cement na ca. 3 minuten zorgvuldig
met een scaler of een ander instrument.
Laat de mengcanule tot het volgende gebruik als
afsluiting op de spuit zitten!
Speciale opmerkingen
– Voor een eenvoudige en volledige verwijdering van
het overtollige materiaal raden we aan tijdens de
uitharding het zachte weefsel bij het provisorium
O
2
3
2
, bijv. bluephase, LOP-stand)
,