4.8.5 Nauwkeurig lokaliseren
Begin bij het punt met de kleinste afstandsmeting.
Sondeer altijd loodrecht op het oppervlak. Gebruik uw
onderste hand als "sondegeleider" om ervoor te
zorgen dat de sondeerstok een constant traject volgt.
Volg een beproefd systeem totdat u iets raakt.
Communiceer een treffer altijd duidelijk naar de
andere redders. Laat de sondeerstok in de sneeuw
staan als hulp bij het graven.
4.8.6 Meerdere bedolven personen | MARKERING-functie
Als er meerdere personen bedolven zijn, wordt dit op het scherm duidelijk aangegeven met het aantal kleine
menselijke figuren (2G, 2H).
Markering is mogelijk vanaf een afstandsmeting van 5 m en wordt aangegeven door het MARKERING-symbool
(2E). Druk kort op de MARKERING-knop (1D) om de gelokaliseerde zender te "verbergen". Een succesvolle
markering wordt bevestigd door een kader rondom de menselijke figuur (2J). Het scherm toont vervolgens de
richting/afstand tot het volgende sterkste signaal binnen het ontvangstbereik. Als er geen andere signalen binnen
het ontvangstbereik zijn, toont het scherm de melding "geen signaal".
Continugolf-indicatie | oud-apparaat-indicatie
Oude analoge ontvangers zenden naast het pulssignaal een continugolf uit. Om de invloed tot een minimum te
beperken, is het raadzaam om een paar meter afstand te nemen na de markering van een dergelijke zender.
Signaal zonder continugolf
Manual BLACK DIAMOND GUIDE BT/RECON BT | 04/2020
voor het markeren
Markering van één signaal verwijderen: houd de
MARKERING-knop (1D) 3 seconden ingedrukt.
Alle markeringen verwijderen: schakel naar
zendmodus en daarna terug naar zoekmodus. Met
de GUIDE BT kunt u ook de SCAN-functie
gebruiken voor een volledig resultaat.
Signaal met continugolf
na het markeren
17 / 23