NL
veIlIgheIdsvoorschrIften
1.8
VOORkOMen VAn BeROePSzIekteS
Ter bescherming van de huid zijn beschermende kleding,
handschoenen en eventueel huidbeschermende crème
vereist.
Neem de voorschriften in acht van de fabrikanten van de
bedekkingsmaterialen, oplosmiddelen en reinigingsmiddelen
bij de voorbereidingen, verwerking en reiniging van het
apparaat.
1.9
MAx. WeRkdRuk
De
toegestane
werkdruk
spuitpistoolaccessoires,
hogedrukslang mag niet lager zijn dan de op het apparaat
vermelde maximale werkdruk van 250 bar (25 MPa).
1.10
HOGedRukSlAnG
(VeIlIGHeIdSAAnWIjzInG)
Elektrostatische oplading van spuitpistool en hogedrukslang
wordt via de hogedrukslang afgevoerd. Daarom moet
de elektrische weerstand tussen de aansluitingen van de
hogedrukslang één megaohm of minder bedragen.
Gebruik voor een goede en veilige werking
en een lange levensduur uitsluitend originele
hogedrukslangen van WAGNER.
1.11
elektROStAtIScHe OPlAdInG
(OPtReden VAn VOnken OF BRAnd)
Ten gevolge van de stroomsnelheid van het
bedekkingsmateriaal tijdens het spuiten kan
er elektrostatische oplading optreden.
Dit kan bij ontlading leiden tot vonken of
brand. Daarom is het noodzakelijk dat het
apparaat altijd via de elektrische installatie is
geaard. Dit mag uitsluitend via een volgens
de voorschriften geaard stopcontact.
1.12
GeBRuIk VAn Het APPARAAt OP
BOuWteRReInen en In WeRkPlAAtSen
Aansluiting op het lichtnet mag uitsluitend via een speciaal
voedingspunt met een aardlekbeveiliging van ≤ 30 mA.
1.13
VentIlAtIe tIjdenS
SPuItWeRkzAAMHeden BInnen
Er moet worden gezorgd voor voldoende ventilatie om
oplosmiddeldampen af te voeren.
92
van
spuitpistool,
apparaataccessoires
1.14
AFzuIGInStAllAtIeS
Deze dienen door de gebruiker van het apparaat
overeenkomstig de plaatselijke voorschriften te worden
gerealiseerd.
1.15
AARdInG VAn Het SPuItOBject
Het te coaten spuitobject moet zijn geaard
(de wanden van gebouwen zijn doorgaans natuurlijk geaard).
1.16
ReInIGInG VAn Het APPARAAt Met
OPlOSMIddel
en
Bij reiniging van het apparaat met
oplosmiddel mag niet in een reservoir met
kleine opening (spongat) worden gespoten
of gepompt. Gevaar door vorming van een
explosief gas/luchtmengsel. Het reservoir
moet zijn geaard.
1.17
ReInIGInG VAn Het APPARAAt
Gevaar voor kortsluiting door
binnendringend water!
Spuit het apparaat nooit af met een
hogedruk- of stoomreiniger.
1.18
WeRkzAAMHeden OF RePARAtIeS AAn de
elektRIScHe uItRuStInG
Laat deze uitsluitend uitvoeren door een elektrotechnisch
vakbekwaam persoon. Wij aanvaarden geen aansprakelijkheid
voor een ondeskundige installatie.
1.19
WeRkzAAMHeden AAn elektRIScHe
OndeRdelen
Verwijder voor alle werkzaamheden netstekker uit de
wandcontactdoos.
Finish 270 / 250