c) Accuprogramma „CYCLE"
Dit accuprogramma dient voor het automatisch, meervoudig laden en ontladen van
een accu. Dit dient vb. voor het verhelpen van memory-effecten bij NiCd-accu's. De
laadstroom is instelbaar (250 mA tot 2500 mA), evenals de ontlaadstroom (100 mA
tot 1000 mA) en het aantal cycli (1 tot 12).
Na het plaatsen van de accu in een van de 4 laadschachten, selecteert u het accuprogramma
„CYCLE" met de toets „2" of „8" en drukt u dan op de toets „ENTER".
Boven op het scherm knippert nu de laadstroom, stel deze met de toets „2" of „8" in.
Druk op de toets „ENTER". De ontlaadstroom knippert op het scherm, stel deze met de toets
„2" of „8" in.
Druk op de toets „ENTER". Op het scherm knippert het aantal cycli, stel dit met de toets „2" of
„8" in (er zijn 1....12 cycli mogelijk).
Na bevestiging met de toets „ENTER" (of als u langer dan 5 seconden op geen enkele toets
drukt) start het accuprogramma.
Het scherm toont afwisselend de accuspanning in Volt („Charge Volt"), de laad- of ontlaadstroom
in mA („ChargeRate" of „DisChargeRate", naargelang of geladen of ontladen wordt), de voorbije
laad- of ontlaadduur in uren/minuten („Charge Time of „DisCharge Time") en de geladen of ontladen
energiehoeveelheid in mAh („Charge Capacity" of „DisCharge Capacity").
Als de ingestelde cycli werden doorlopen, wordt de accu opgeladen.
Na het afsluiten van het accuprogramma verschijnt „DONE" op het scherm en de ontlaadcapaciteit
van de laatste cyclus, bovendien staat „HIST CYCLE" onderaan het scherm.
Door meermaals kort op de bij de accuschacht horende cijfertoets te drukken, wordt de ontlaad-
capaciteit voor elke cyclus weergegeven.
De accu kan nu uit het laadapparaat worden verwijderd.
Als de accu in het laadapparaat blijft, schakelt het laadapparaat naar de behoudmodus.
De accu wordt hier met een zeer lage stroom (ongeveer 30 mA) opgeladen om de
volle laadtoestand te behouden.
126
All manuals and user guides at all-guides.com