10. Accuprogramma's
a) Algemeen
Zoals reeds in hoofdstuk 8 beschreven kan het gewenste accuprogramma na het plaatsen van
een accu in een van de 4 laadschachten met de toets „2" of „8" worden geselecteerd.
Als er geen accu wordt herkend, is het ook niet mogelijk een accuprogramma te kiezen.
Controleer eerst of de accu (AA/mignon of AAA/micro) correct werd geplaatst.
Als er nog altijd geen accu wordt herkend, controleert u of de contacten van accu en
laadapparaat schoon zin.
Geoxideerde contacten aan de accu zijn een teken voor het feit dat de accu verouderd,
uitgelopen of defect is. Zulke accu's mogen niet meer worden gebruikt.
Als alles correct is, kan de accu defect zijn. Plaats als test een andere accu in de
laadschacht.
De volgende accuprogramma's zijn beschikbaar:
„CHARGE"
Opladen
„CYCLE"
Cyclus (1 - 12 laad-/ontlaadbeurten kunnen worden ingesteld), optimaal voor
NiCd-accu's, om een aanwezig memory-effect op te lossen
„DISCHARGE"
Ontladen
„BREAK-IN"
Formatteren van nieuwe accu's (of van accu's die langer dan 3 maanden
werden opgeslagen)
„REFRESH"
Opfrissen van accu's (accu's die minder dan 3 maanden werden opgesla-
gen)
Na bevestiging met de toets „ENTER" zijn de in de volgende subhoofdstukken beschreven
instellingen mogelijk.
Als gedurende 5 seconden op geen enkele toets wordt gedrukt, start het laadapparaat
het overeenkomstige accuprogramma met de aanwezige instellingen.
Als u per ongeluk te lang hebt gewacht, neemt u gewoon de accu uit de laadschacht
uit.
Wacht een tot twee seconden en plaats de accu opnieuw. Begin van voor af aan.
124
All manuals and user guides at all-guides.com