Aansluiting van laskabels
Sluit de laskabels en de aardkabel aan op de voorkant
van de machine.
Houdt er rekening mee dat de plug 45 graden moet
worden gedraaid nadat hij in de zitting gestoken is –
anders kan de plug beschadigd worden door een te
grote contactweerstand.
Sluit de TIG aansluiting altijd aan op de min (-) zitting
(4) en de aardkabel op de plus (+) zitting (5).
De stuursignalen vanuit de TIG toorts worden
overgebracht naar de machine door de ronde 7-polige
stekker (7). Wanneer de stekker is aangesloten moet
deze worden vastgedraaid door de moer met de klok
mee te draaien. Sluit de gasslang aan op de
snelkoppeling.
BEKLEDE ELEKTRODEN: Op de verpakking van de
elektroden is de polariteit aangegeven. Sluit de
elektrodehouder aan volgens deze opgave op de plus-
of min zitting van de machine.
Aansluiting van een waterkoelunit
Maak de module aan de onderkant van de machine
vast mbv. de fitting (10). Sluit de 4-polige stekker (11)
aan op de corresponderende zitting op de machine
(12). Sluit de waterslang van de watergekoelde toorts
aan op de blauw gemarkeerde snelsluiting (13) en de
retourslang op de rode snelsluiting (14). Wanneer de
machine is geleverd met een aparte waterkoelunit, is
het noodzakelijk om het koelvloeistofniveau te
controleren (8). Het vullen van koelvloeistof vind plaats
door middel van de vulopening (9)
Aansluiting elektrodehouder bij MMA
De laskabel en aardkabel zijn aangesloten op de plus
+ aansluiting (5) en min –aansluiting (4). Raadpleeg
de instructies van de elektrodeleverancier, bij het
selecteren van de polariteit.
All manuals and user guides at all-guides.com
87
Aansluiting voetpedaal
Het voetpedaal wordt aangesloten op de 7-polige
zitting op de machine (7) of op de 8-polige zitting (15)
(afhankelijk van het type voetpedaal).
Aansluiting van de afstandsbediening
PI machines uitgevoerd met een 8-polige aansluiting
(15) kunnen bestuurd worden door een afstands-
bediening of lasrobot. De aansluiting voor de afstands-
bediening heeft de volgende functies:
A: Ingangssignaal voor laspanning, 0 -
+10V. Ingangsweerstand: 1M-ohm
B: Aardsignaal
C: Boog signalering – relaiscontact
(max. 1Amp), volledig geïsoleerd
D: N.C.
E: Boog signalering – relaiscontact (max. 1Amp),
volledig geïsoleerd
F: N.C.
G: Voeding +24VDC. Kortsluit beschermd met PTC
weerstand (max. 50mA).
H: Aarde aansluiting
Gebruik van de machine
Tijdens het lassen, warmen verschillende onderdelen
van de machine op en gedurende pauses kunnen
deze onderdelen weer afkoelen. Er moet voor worden
gezorgd dat de doorstroom niet vermindert of stopt.
Wanneer de machine ingesteld is voor hogere
lasstromen, zal het noodzakelijk zijn om periodes in te
lassen die de machine de kans geven af te koelen.
De lengte van deze periodes is afhankelijk van de
ingestelde stroom, de machine mag dus tussentijds
niet worden uitgezet. Wanneer de afkoelperiodes
tijdens het gebruik niet lang genoeg zijn, zal de
oververhitbescherming het lasproces automatisch
onderbreken en de rode LED op het voorpaneel gaan
branden. De rode led zal uitgaan wanneer de machine
voldoende is afgekoeld en weer klaar is om te lassen.