4
Monteren
4.1
Transportinstructie
De pomp en het leidingwerk kunnen worden gedemonteerd, zodat de installatie makkelijker kan worden geplaatst. Nadat
de pomp en het leidingwerk weer zijn aangebracht, moet een lektest worden uitgevoerd.
Transport met vorkheftruck! Bij transport met een vorkheftruck moet de pomp bij de buisklemmen van de spoelleiding en
de verbinding met het reservoir worden gedemonteerd, zodat de lasnaden bij de verbinding van de pomp met het reser-
voir niet te zwaar worden belast.
4.2
Een geschikte bedrijfslocatie kiezen
Voorwaarden voor het gebruik van afscheiders:
Beluchting en/of ventilatie van de ruimte.
Vlakke en voldoende draagkrachtige ondergrond (zie "Technische gegevens", pagina 80).
Beschikbare sterkstroomaansluiting (voor CEE-steckers met 16 A).
Omgevingstemperatuur van min. 15°C.
Waterdichte vloerafwerking met geïntegreerd afvoerpunt.
Beschikbare aansluitingen voor warm en koud water.
Minimaal 60 cm ruimte boven de vetafscheider, zodat de deksels voor reinigingswerkzaamheden kunnen worden geo-
pend.
Minimaal 1 m vrije ruimte voor de vetafscheider.
Toevoer met stabilisatieleiding van minimaal 1 m (verval van 1:50). De overgang van de valbuis naar de stabilisatieleiding
moet worden uitgevoerd met twee bochten van 45°.
Als de toevoerleiding langer dan 10 m horizontaal loopt, moet zij apart worden ontlucht.
82 / 116
016-187_02