7.3. Foto's maken
Als u het te fotograferen onderwerp in de display kunt zien,
drukt u de sluiterknop eerst een klein stukje in.
Als de autofocus niet kan focussen, worden de gele beelduitsne-
de rood weergegeven en knippert de statusindicatie.
Getoond worden de waarden voor de sluitersnelheid, het
diafragma en de ISO-waarde, voor zover er een ISO-waarde is in-
gesteld.
Vervolgens drukt u de sluiterknop helemaal in om de foto te
maken. Een geluid geeft aan dat er een foto gemaakt is.
De foto's worden opgeslagen in JPEG-formaat.
OPMERKING!
Als de opname dreigt te bewegen wordt daarnaast het
symbool
stilhouden of een statief gebruiken.
Via het functiemenu kunt u verschillende instellingen
voor de opname uitvoeren, zie Pagina 400.
OPMERKING!
Om close-ups te maken kiest u met de toets
stelling Macro.
392 van 474
getoond. In dat geval moet u de camera
de in-