Sorteermodus; Usb-Interface - VOLTCRAFT LCR-400 Mode D'emploi

h) Sorteermodus
De sorteermodus laat toe om snel onderdelen te selecteren op basis van een gemeten referentiewaarde, een indivi-
dueel instelbare referentiewaarde en voorgegeven tolerantiebereiken. voor de instelling van de parameters worden
de pijlvormige toetsen (6) gebruikt.
Voor het instellen van de sorteermodus gaat u als volgt te werk:
verbind het referentieonderdeel met een meetingang (11) of de meetsnoeren.
Druk op de toets „SORTING" (5) om de sorteermodus te activeren. Op het scherm verschijnt het symbool „Sorting"
en de gemeten waarde wordt als referentie opgeslagen. De vooringestelde tolerantiewaarde bedraagt ±1%. Als
de tolerantiestandaard met uw criteria overeenkomt, kunt u met de sorteermeting verder gaan. Het testresultaat
wordt in het hoofdscherm met „PASS" (meetwaarde binnen het tolerantiebereik) of „FAIL" (meetwaarden buiten het
tolerantiebereik) weergegeven. In het subscherm verschijnt de meetwaarde.
Als u de referentiewaarde manueel invoert of de tolerantie wijzigt, gaat u als volgt tewerk:
Druk op de toets „SETUP" (7) om de instellingen voor het meetbereik, de referentiewaarde en de tolerantie in te
voeren. De instellingen volgen elkaar op.
U bevindt zich in het menupunt „Meetbereik instellen". Op het scherm verschijnt het symbool „RANGE". Met beide
pijltoetsen links/rechts (6) kan het meetbereik worden geselecteerd.
Bevestig uw keuze met de toets „ENTER" (7).
U bevindt zich in het menupunt „Referentiewaarde instellen". In het scherm knippert het laagste cijfer. Met de pijl-
toetsen omhoog/omlaag (6) kan de waarde worden gewijzigd. Met beide pijltoetsen links/rechts (6) kan de decimale
nauwkeurigheid worden geselecteerd. Een waarde-invoer van 1 tot 1999.9 counts is mogelijk. Bevestig uw invoer
met de toets „ENTER" (7).
U bevindt zich in het menupunt „Tolerantiebereik instellen". Op het scherm knippert de actuele tolerantiewaarde.
Met beide pijltoetsen links/rechts (9) en (11) kan de tolerantiewaarde worden geselecteerd. U hebt de volgende keu-
zemogelijkheden: ±0,1% ±0,2% ±0,25% ±0,5% ±1% ±2% ±5% ±10% ±20% und -20% bis +80%. Bevestig
uw invoer met de toets „ENTER" (15).
U kunt met de sorteermeting verdergaan. Het testresultaat wordt in het hoofdscherm met „PASS" (meetwaarde
binnen het tolerantiebereik) of „FAIL" (meetwaarden buiten het tolerantiebereik) weergegeven. In het subscherm
verschijnt de meetwaarde.
Om de sorteerfunctie te beëindigen, drukt u op de toets „SORTING" (5).
i) uSB- interface
Aan de bovenzijde van de meter is een mini-USB-interface geïntegreerd, waarmee meetgegevens naar een compu-
ter overgedragen en verder verwerkt kunnen worden.
De gegevensverbinding kan met behulp van de in de leveringsomvang geleverde kabel met een USB-interface op
uw computer worden gecreëerd.
Steek hiervoor de interfacekabel in de USB-bus (13) boven de behuizing.
90