Hardware installatie
Om het risico van een elektrische schok te voorkomen, eerst de stekker van de netadapter aansluiten
op de Security netwerkcamera en daarna pas de netadapter aansluiten op het stopcontact.
Bij het inschakelen voert het toestel een zelftest uit, waarbij de LED-diode aan de voortgangsindicator
afwisselend oplicht. Wordt de zelftest met succes afgerond, dan knippert de groene LED en de roode licht
de heele tijd en de Security netwerkcamera is klaar voor de invoer van een IP-adres. Na de verlening van
het IP-adres knippert de groene LED-diode eenmaal per seconde op. Wanneer de zelftest niet met succes is
afgesloten licht de rode LED-diode meermaals op. Aanwijzingen voor het opsporen van storingen vindt u in
annex A.
Richt u voor een juiste installatie van randapparatuur tot uw speciaalzaak.
De Security netwerkcamera is via een I/O-klemblok voorzien van een digitale ingang en een relais voor
apparaatsturing. Via Pin 1 en Pin 2 kan een extern digitaal ingangssignaal verwerkt worden, waarbij de
stand van de bedrijfsspanning in de aanvangsstatus 'LOW' (laag) bewaakt wordt. De uitgang (Pin 3 en Pin 4)
kan gebruikt worden voor het in- en uitschakelen van externe apparatuur.
1 DI-
INGANG (uitgangsstatus van DI is low)
2 DI+
INGANG (max. 50mA, 12VDC)
3 RELAIS
UITGANG (uitgangsstatus open)
4 RELAIS
UITGANG (max. 1A, 24VDC)
Controleer of alle onderdelen en artikelen
die in voorgaande lijst genoemd zijn,
aanwezig zijn. Al naar de toepassing door
de
gebruiker
noodzakelijk. Deze ethernetkabel moet
voldoen aan de specificaties van UTP-
kategorie 5 (CAT 5) en mag niet langer
zijn dan 100 meter.
6
is
een
ethernetkabel