9. Temperatuurbeveiliging
De temperatuurbeveiliging vindt plaats
�
door een motorbeveiligingsschakelaar.
Na het aanspreken van een beveiliging
mogen deze de motor niet meer
zelfstandig inschakelen;
De beveiliging dient dusdanig ingesteld
�
te zijn, dat deze zowel de nominaal
stroom beveiligt, als ook binnen de tijd
tE - bij de gegeven verhouding IA/IN -
de geblokkeerde motor afschakelt.
10. In bedrijf stellen
Controleer of vleugel vrij loopt;
�
Controleer of het schemanummer van
�
het meegeleverde aansluitschema
met het op het typeplaatje in
veld 'S ...'(rechts onder) vermelde
schemanummer, overeenkomt;
Controleer de elektrische aansluiting
�
aan de hand van de gegevens op het
meegeleverde aansluitschema;
De dakventilator mag alleen in
�
bedrijf worden gesteld, wanneer de
'aanraakbeveiliging' van de vleugel
gewaarborgd is;
Controleer d.m.v. een draaitest (korte
�
inschakeling) de draairichting van de
vleugel;
De draairichting is buiten op de
�
behuizing met een pijl aangegeven. Bij
een verkeerde draairichting moeten
twee aansluitklemmen van de voeding
(bijvoorbeeld L1 en L3) met elkaar
verwisseld worden.
11. Onderhoud
De VDA EExe dient minimaal elke 2
�
jaar te worden schoongemaakt en
geïnspecteerd. Als tijdens inspectie
gebreken worden geconstateerd dienen
deze direct te worden opgelost;
De lagers van de motor dienen minimaal
�
elke 10 jaar te worden vervangen;
Zodra er merkbare problemen optreden
�
dient er direct een volledige inspectie te
worden uitgevoerd.
Let op!!Voordat begonnen wordt met
onderhoudwerkzaamheden, dient de
dakventilator spanningsvrij gemaakt te
worden.
Demonteer de montageplaten(6) door
�
middel van het losdraaien van de
moeren(5);
Verwijder de bovenkap van
�
de dakventilator(7) en het
beschermrooster(1);
Controleer of de vleugel en of de voet
�
vervuild zijn;
Bij het reinigen van de onderdelen,
�
dient erop gelet te worden dat de
antistatische coating niet wordt
beschadigd.
Let op!!De dakventilator mag niet met
water worden schoongespoten c.q. met
een hogedrukreiniger worden gereinigd.
Demonteer de voedingskabel van de
�
motor uit de aansluitdoos of schakelaar;
Demonteer de ventilatorkap(3), door de
�
kap naar boven te trekken en gelijktijdig
de klemveren(2) naar buiten te drukken;
Demonteer de montageplaat(9) door
�
middel van de moeren(8) los te draaien;
NL - 7