grasvangzak. Hij houdt de gras-
vangzak (13) in de juiste positie.
2. Om de grasvangzak (13) af te
nemen, tilt u de stootbescher-
ming (14) op en haakt u de
grasvangzak (13) uit. Klap de
stootbescherming (14) aan de
behuizing van de maaier ach-
teruit.
Aan de zijkant van de grasvang-
mand is een niveau-indicator aan-
gebracht
Klep geopend:
Grasvangkorf leeg
Klep gesloten:
Grasvangkorf vol
Snoeihoogte instellen
De grasmaaier kan door een wijziging
van de positie van de wielen op volgende
snoeihoogten ingesteld worden:
60 -75 mm - grote snoeihoogte
40 - 60 mm - gemiddelde snoeihoog-
te
25 - 40 mm - geringe snoeihoogte
1. Grijp de hendel (8) om de maai-
hoogte in te stellen en beweeg
hem voorbij de vergrendeling
tot de maaihoogte die u wilt in-
stellen.
De correcte snoeihoogte bedraagt bij een
siergazon ongeveer 25 - 45 mm, bij een
nuttig gazon ongeveer 45 - 65 mm.
Om voor de eerste keer in het sei-
zoen te snoeien, dient een hoge
snoeihoogte gekozen te worden.
Neem de bescherming tegen la-
waaihinder en lokale voorschriften
in acht.
In- en uitschakelen
1. Plaats de maaier op een effen
vlak.
2. Til de afdekking van de accu (6)
aan de apparaatbehuizing omh-
oog en schuif de geleden accu
(7) langs de geleidingsrail in
het apparaat. Hij klikt hoorbaar
vast.
3. Steek de contactchip in de
daarvoor bestemde opening
aan de in-/uitschakelaar (17).
4. Let er vóór het inschakelen op
dat het apparaat geen voorwer-
pen raakt.
5. Voor het inschakelen bedient
u de in-/uitschakelaar (17) en
houdt u die vast, terwijl u op de
veiligheidsschakelaar (18) aan
de beugelgreep (1) drukt. Laat
de in-/uitschakelaar (17) los.
6. Als u het apparaat wilt uitscha-
kelen, laat u de veiligheidsscha-
kelaar (18) los.
Na het uitschakelen van het
apparaat draait het mes nog
enkele seconden lang. Raak het
draaiende mes niet aan. Er be-
staat gevaar voor lichamelijke
letsels.
NL
53