CAT 1
8.3 Stuurbegrenzing
(niet bij alle modellen)
De in deze driewieler ingebouwde stuurbe
grenzing zorgt ervoor dat uw kind het stuur
voldoende kan draaien, terwijl de mogelijkheid
stabiliteit van de driewieler aanzienlijk af
neemt, wordt door deze techniek voorkomen.
8.4 Stuurvergrendeling
(niet bij alle modellen)
De stuurvergrendeling is bedoeld voor het
geval waarin u als begeleider door de schuif
stang te gebruiken de rijrichting bepaalt maar
niet voortdurend door de handgreep omlaag te
drukken het voorwiel wilt optillen om de rijrich
ting te corrigeren.
afbeelding 1
Bediening van de stuurvergrendeling
De stuurstangvergrendeling wordt ingescha
keld door de knevel te verdraaien, die zich in
rijrichting aan de rechter zijde boven de vork
bevindt (zie afbeelding 1).
Hierbij moet er rekening mee worden gehou
den dat het inschakelen van de stuurstangver
grendeling alleen mogelijk is, wanneer de
Draai deze knevel (met de wijzers van de klok
mee) totdat hij inklikt en de markering (pijl) van
boven af te zien is (zie afbeelding 2).
klok in) weer terugdraait totdat hij inklikt en de
markering (pijl) van boven af niet meer te zien
is, wordt de stuurstangvergrendeling weer
uitgeschakeld en de stuurstand vrijgegeven
Door de grote omvang van de stuurarm kan de
vergrendeling als deze is vastgezet, onder
invloed van extreme krachten (geweld) kapot
gaan!
afbeelding 2
16