5. ONDERHOUD
WAARSCHUWING: Koppel de machine los van de stroomtoevoer
vooraleer onderhouds- of herstellingswerken uit te voeren.
REINIGING
NL
1. Na dagelijks gebruik de machine reinigen met een vochtige doek en een mild
reinigingsproduct. Gebruik geen stromend water.
2. Na dagelijks gebruik de kuip en accessoires reinigen.
3. Reinig dagelijks de kuip, accessoires en andere onderdelen die in contact komen met de
ingredienten.
4. Om de 2 of 3 maanden, de bovenkap verwijderen en de binnenkant schoonmaken.
ONDERHOUD
Elke maand:
1. Controleer de goede staat van de onderdelen. Controleer de spanning van de
aandrijfriemen.
2. Controleer de staat van de stroomtoevoerkabel en vervang indien nodig.
3. Omdat de machine schud als hij in werking is, span alle bouten eens per maand aan.
4. Open de achterkap, en smeer de versnellingsonderdelen.
5. Smeren van het versellingsrad.
a. Verwijder de veiligheidspaneel om het oliegat boven de planeetkop te zien.
b. Voeg olie toe via het oliegat.
c. Zet de machine aan en controleer of deze vlot draait.
d. Reinig de olie rond het olie gat met een doek.
e. Hermonteer het veiligheidspaneel.
24