NEDERLANDS
42
g) Gebruik elektrische werktuigen, accessoires,
inzetwerktuigen etc. in overeenstemming met
deze aanwijzingen. Houd daarbij rekening met de
arbeidsomstandigheden en de uit te voeren werk-
zaamheden. Het gebruik van elektrische werktuigen
voor andere dan de beoogde toepassingen kan tot
gevaarlijke situaties leiden.
5) Service
a) Laat uw elektrische werktuig uitsluitend door ge-
kwalificeerd vakkundig personeel en uitsluitend met
originele reserveonderdelen repareren. Daardoor
wordt gewaarborgd dat de veiligheid van het apparaat
behouden blijft.
Veiligheidsadviezen Dubbelslijper
Het gebruik is slechts met een
foutstroomschakelaar (RCD max. foutstroom
van 30 mA) toegestaan.
Het apparaat moet aan een 230 V stekker met een
beveiliging van 16 A aangesloten worden.
Draag oorbeschermers. blootstelling aan geluid kan het
gehoor beschadigen.
Draag een veiligheidsbril.
wAARSCHUwING Stof die vrijkomt tijdens het werken
vormt vaak een gevaar voor de gezondheid en mag niet
met het lichaam in aanraking komen. Machines met
stofafzuiging gebruiken en tevens geschikte stofmaskers
dragen. Vrijgekomen stof grondig verwijderen resp.
opzuigen.
De machine dient tijdens het gebruik op een horizontaal,
vlak oppervlak te staan, resp. bevestigd te zijn (bijv. een
werkbank)
Schakel de machine uit zolang deze onbewaakt is en
koppel deze van stroomtoevoer af.
Controleer vóór ieder inbedrijfstelling alle
schroef- en steekverbindingen evenals
beschermingsinrichtingen op vastheid en juiste
plaatsing en of alle lichtdraaiend zijn.
Het is streng verboden de aan de machine
aangebrachte veiligheidsinrichtingen te
demonteren, het gebruiksdoel te veranderen of
vreemde beschermingsinrichtingen aan te
brengen.
Het apparaat mag niet gebruikt worden, als
het beschadigd is of de beschermingsinrichtingen
defect zijn. Vervang versleten of beschadigde
onderdelen.
Fouten in de machine, inclusief de beschermingsin-
richting of de slijpschijf, moeten onmiddellijk na het
ontdekken aan de voor veiligheid verantwoordelijke
persoon gemeld worden.
Voor alle ombouw- of onderhoudswerkzaamheden, de
stekker uit de wandkontaktdoos nemen.
Voordat de aa uit-schakelaar wordt bediend, contro-
leer of de slijpschijf juist is gemonteerd.
Gebruik voor het veilig werken inrichtingen zoals bijv.
oplegplaats voor werktuigen, loep, werkstukhouder etc.
Het is streng verboden, spanen of splinters bij een draai-
ende machine te verwijderen.
Gebruik geen zaagbladen die bot, beschadigd of
vervormd zijn.
Een voor het te bewerken werkstuk geschikte slijpschijf
te kiezen.
Slijpschijven, die niet voldoen aan de gegevens zoals
aangegeven in deze gebruiksaanwijzing, mogen niet
gebruikt worden.
Het op de slijpschijf aangegeven hoogste toerental dient
opgevolgd te worden.
Maakt u zich vertrouwd met de veilige werkzaamheden,
reiniging, onderhoud en regelmatige verwijdering van
spanen en stof voor vermindering van brandrisico.
Overtuigt u zich dat de gebruikte flensen, zoals door de
producent aangegeven, voor het gebruiksdoel geschikt
zijn.
Schakel de machine bij een blokkering onmiddellijk uit.
Neem de netstekker uit en verwijder het vastgeklemde
werkstuk.
Instelling van de vonkenbescherming regelmatig con-
troleren en aan de slijtage van de slijpschijf dienovere-
enkomstig aanpassen. De afstand tussen de vonkenbe-
scherming en slijpschijf zo klein als mogelijk (niet groter
dan 2 mm).
De instelling van de oplegplaats voor werkstukken
regelmatig controleren en aan de slijtage van de slijpschijf
dienovereenkomstig aanpassen.
Niet met een koude slijpschijf slijpen. Slijpschijf voor het
werkbegin één minuut lang stationair laten draaien.
Niet aan de zijkant van de slijpschijf slijpen. Uitsluitend
aan de kopse kant van de schijf slijpen.
Koelmiddel niet direct op de slijpschijf aanbrengen.
Het koelmiddel kan de hechtsterkte van de slijpschijf
beïnvloeden en zo tot uitval leiden.
De slijpschijf uitsluitend aan de kopse kant dressen.
Slijpen produceert warmte. werkstuk pas dan aanraken,
als het voldoende afgekoeld is.
BELANGRIJKE AANwIJZING
bij overbelasting van de motor schakelt deze zich zelf uit.
Na een afkoeltijd (verschillend naar type) kan de motor
opnieuw ingeschakeld worden.
Houd de te bewerken werkstukken met een werktuig-
houder (bijv. tang) vast om letsel te vermijden.