Informations concernant le modèle réel:
À la fin des années 1940, la Deutsche Reichsbahn possédait
un parc hétéroclite de locomotives qui, en raison de
son âge et de son mauvais état, ne permettait pas une
exploitation économique des trains. Cette situation a
particulièrement affecté les lignes secondaires. C'est
pourquoi, dès 1950, la DR a chargé LEW Henningsdorf de
développer une locomotive à vapeur moderne pour les
lignes secondaires. Cependant, il faudra attendre encore
5 ans avant que les prototypes de la nouvelle classe 83.10
ne soient livrés. Dès les essais, des défauts de conception
et des problèmes de qualité de la production sont apparus.
Cependant, comme la livraison des locomotives de série
avait débuté peu de temps après, il n'était plus possible
de mettre en œuvre toutes les modifications souhaitées.
En octobre 1955, 27 locomotives avaient été mises en
service et stationnées dans les dépôts de Halle/Saale et
de Magdebourg. Sur sa zone d'utilisation principale,
le réseau secondaire, la 83.10 se distingua par son
endurance, sa très bonne accélération et un fonctionne-
ment très souple. L'idée de réduire les temps d'arrêt en
dépôt au moyen de stocks importants peut également
être considérée comme un succès. Cette machine de
conception intéressante, qui s'est avérée en service bien
meilleure que sa réputation, a marqué un jalon important
dans l'histoire de la Deutsche Reichsbahn.
En 1972, les derniers exemplaires ont été retirés du service.
Informatie over het voorbeeld:
Aan het einde van de jaren 1940 beschikte de Deutsche
Reichsbahn over een zeer gefragmenteerde vloot van
locomotieven die, vanwege hun ouderdom en slechte
staat, geen economisch treinverkeer mogelijk maakten.
Dit gold vooral voor de locale spoorlijnen. Om deze reden
gaf de DR aan LEW Henningsdorf al in 1950 de opdracht
voor de ontwikkeling van een eigentijdse stoomlocomo-
tief voor locaal verkeer. Er verstreken echter nog 5 jaar
voordat de prototypes van de nieuwe BR 83.10 werden
geleverd. Al tijdens de testritten bleken er constructie-
fouten en problemen met de fabricagekwaliteit te zijn.
Aangezien de levering van de serie locomotieven echter
korte tijd later werd gestart, konden niet alle wijzigings-
verzoeken worden uitgevoerd. In oktober 1955 werden
27 machines in gebruik genomen en gestationeerd bij de
directies Halle/Saale en Magdeburg. Bij gebruik in haar
kerngebied, diensten op locale spoorlijnen, maakte de
83.10 veelal een indrukwekkend aantal kilometers en zij
bezat een zeer goede acceleratie en een extreem rustige
loop. Ook het idee om het grote aantal rusttijden van
de loc's in het depot te verminderen, kan als succesvol
worden beschouwd. De interessante constructie, die beter
bekend stond dan haar reputatie in operationele dienst,
vertegenwoordigt een belangrijke mijlpaal in de
geschiedenis van de Deutsche Reichsbahn.
In 1972 werden de laatste exemplaren ter zijde gesteld.
5