Membraan-expansievat (MAG)
Om drukschommelingen bij stilstand
door temperatuurschommelingen
te voorkomen moeten membraan-
expansievaten met stikstofvulling
(vochtneutraal) worden opgenomen
in de installatie.
Compensatoren
Om de trillingen van de koudwaterbe-
reider niet op de installatiedelen over
te dragen, gebeurt de aansluiting van
de leidingen op het apparaat door
compensatoren.
Compensatoren
Afsluitklep
Compensator
Statische
Aansluiting apparaat
bevestiging
Veiligheidsklep
Veiligheidsventielen begrenzen een
te hoge werkdruk door een te gro-
te opwarming of overvulling van
het bedrijfsmedium. Voor de uitlaat
van het ventiel is een afvoer naar
een afvoerleiding noodzakelijk. Bij
het gebruik van glycol moeten de
lokale milieuvoorschriften worden
opgevolgd.
In de leveringsomvang van het
apparaat bevindt zich standaard
een veiligheidsklep, evt. is op een
geschikte plaats een extra klep
vereist.
Ontluchtingskleppen
Het apparaat beschikt over handma-
tige ontluchtingskleppen. Na het vullen
van de installatie kan het apparaat
daar worden ontlucht. Bovendien is
het raadzaam om extra automatische
ontluchtingskleppen in de aanvoer en
retour, op de hoogste plaats van de
installatie, aan te brengen.
Waarschuwing!
Bij het gebruik van glycolhoudende
media zijn glycolbestendige
ontluchtingsventielen
noodzakelijk.
Afsluiters
In koudwater-installaties moeten
in principe afsluiters met volledige
doorvoer worden ingezet.
Filter
Er moet een afspoelbaar filter voor
de apparaatinlaat worden inge-
bouwd. De maasbreedte moet
0,5 mm zijn. Direct voor en achter
de vuilvanger mopeten afsluiters
worden aangebracht.
Aanwijzing!
Onjuist ingebouwde of
ontbrekende filters kunnen
verontreinigingen van de
warmtewisselaar veroorzaken.
© www.kemper-olpe.de
Externe mediumopslag
De koudwaterkoeler figuur 610 01
biedt met zijn 100 liter bedrijfs-
middelreservoir voldoende buf-
fervolume om de vereiste com-
pressorbedrijfstijd ook bij kleine
koelvermogenafnames te garande-
ren.
Vorstbescherming
Doorgaans wordt in een koud-
waterinstallatie een water-glycol-
mengsel gebruikt. Afhankelijk van
het gebruikte glycoltype en de
-hoeveelheid wijzigt de viscositeit,
het drukverlies neemt toe en het
afgegeven koelvermogen van het
apparaat wordt gereduceerd. Alle
installatiecomponenten moeten
zijn vrijgegeven voor het gebruik
met glycol.
Meestal is het raadzaam om het
water met een 35%-aandeel ethy-
leenglycol met additieven bij te
mengen ter corrosiebescherming.
Aanwijzing!
Bij het gebruik en het afvoeren
moeten de product- en veilig-
heidsgegevensbladen van het
gebruikte glycoltype, evenals de
regionaal geldende voorschriften
(bijv. wet op de waterhuis-
houding) in acht worden geno-
men.
Aanwijzing!
Gebruik een voor de toepassing
vereist type en mengverhouding
voor het waarborgen van het
vriespunt.
- 07.2020 / K410061801001-00 - 183/44
NL
183/44
/44