Installatie - Tractel caRol TR300 Instructions D'emploi Et D'entretien

5 Installatie

5.1 Voorafgaande controles voor de
caRol™ handmatige takels
Het is nodig te controleren of:
- Het caRol™ hijstoestel voor materialen
conform de standaardlevering is zoals
aangegeven in deze handleiding.
- De last of de kracht kleiner of gelijk is aan
de maximale gebruikslast van het toestel.
- De weerstand van de ontvangststructuur
van de bevestigingsplaat voldoende is
om in alle veiligheid een last aan te
brengen die gelijk is aan de maximale
gebruikslast.
- De bevestiging correct is.
- De caRol™ hijskabel in goede staat
verkeert (zie ook §13).
- Geen enkel obstakel de arm van de
gebruiker hindert tijdens de draai -
beweging van de zwengel.
- Geen enkel obstakel de draaibeweging
van de zwengel hindert.
- De operator een permanent visueel
contact heeft op de last over de volledige
lengte.
- De werkzone beveiligd is conform de van
kracht zijnde wetgeving.
- De kabellengte van de hijskabel
voldoende is voor het bevestigen van de
last, de trommel mag niet volledig
afgerold zijn, behoud 2 à 3 extra toeren.
- De plaats waar de last of de lasten
worden gezet die door de caRol™ takel
getild moeten worden compatibel zijn
inzake de toegang, de weerstand, de
horizontale stand, de adhesie van de
lasten.
- Er geen obstakels aanwezig zijn
waartegen de last of de hijskabel lateraal
zou kunnen gaan staan en waartegen
de last zou kunnen aanstoten.
- De haak in goede staat verkeert:
o de haak moet tegen de bek van de haak
staan,
o de bevestigingsmoer
ophanghaak
doeltreffend vast gezet zijn en de
vergrendelpin van de moer (tek. 4, fig. 7)
van
(tek. 3, fig. 7) moet
moet correct geplaatst zijn.
- Het geheel van de veiligheidssystemen van
het caRol™ toestel correct werken
(zie §12).
- De installatievoorwaarden bestudeerd
werden om het valrisico van personen,
materialen en van het toestel zoveel
mogelijk te beperken.
- De installateur beschikt over alle nodige
persoonlijke
(valbeveiligings systeem, handschoenen,
veiligheidsschoenen, helm) om de
installatie correct uit te voeren.
- Of de installateur een valbeveiligings -
systeem gebruikt volgens de richtlijn
89/656/CEE, hij moet verplicht contro -
leren of het verankerpunt waarmee het
velbeveiligingssysteem bevestigd is,
voldoende weerstand biedt.
- De gebruiksomgeving van het toestel
geen ontploffingsrisico inhoudt (Richtlijn
ATEX).
- De gebruiksomgeving niet abnormaal
corrosief is, van het mariene type of
andere.
Extra controles bij het gebruik van
omkeerschijven
• Controleer of de draai-as van de schijven
loodrecht op het plan van de kabel staan.
• De ontvangststructuur waarop de
omkeerschijven bevestigd zijn (fig. 16 of
17, tek. 1 en 2) alle nodige garanties
biedt in termen van stabiliteit en
mechanische weerstand conform de van
kracht zijnde reglementeringen.
• De omkeerschijven een maximale
gebruikslast hebben die compatibel is
met de installatieconfiguratie en met de
maximale gebruikslast van het toestel,
conform
reglementeringen.
• De omkeerschijven compatibel zijn
met de diameter van de caRol™ kabel,
conform
reglementeringen.
de
9
veiligheidsuitrustingen
de van kracht
de van kracht
NL
zijnde
zijnde