8.3 VERVANGING VAN DE VOORSTE
/ ACHTERSTE WIELEN
8.3.1 Voorafgaande werkzaamheden
BELANGRIJK Gebruik een geschikt
hefmiddel, bijvoorbeeld een schaarkrik.
Vooraleer de wielen te vervangen, moet men
de volgende werkzaamheden uitvoeren:
• Verwijder alle toebehoren.
• Plaats de machine op een stevige en
vlakke oppervlakte, die de stabiliteit
van de machine garandeert.
• Trek de handrem aan.
• Schakel de motor uit.
• De sleutel verwijderen ;
• Plaats de krik op het hefpunt
nabij het wiel dat vervangen moet
worden (par. 8.3.2; par. 8.3.3).
• Controleer of de krik perfect
loodrecht op het terrein staat.
8.3.2 Keuze en plaatsing van de
krik op de achterwielen
Plaats houten wiggen (afb. 38.A) aan de basis
van de wielen (afb. 38.B), aan de kant van het
wiel dat vervangen moet worden (afb. 38.C).
Voor modellen met opvang achteraan:
• De maximale hoogte van de gesloten
krik is 110mm. (afb. 39).
• Plaats de krik onder het achterste plaatje (afb.
40.A), op 180 mm. van de zijdelingse boord.
Voormodellenmetzijdelingseaflaat:
• De maximale hoogte van de gesloten
krik is 110mm. (afb. 41).
• Plaats de krik onder de achterste as, op het
op de afbeelding aangegeven punt (afb. 42.A)
OPMERKING Wanneer de krik geplaatst
is zoals beschreven in deze paragraaf,
is het mogelijk enkel het wiel dat moet
vervangen worden, op te tillen.
8.3.3 Keuze en plaatsing van de
krik op de voorwielen
1. Plaats houten wiggen (afb. 43.A) aan de
basis van de wielen (afb. 43.B), achter het
wiel dat vervangen moet worden (afb. 43.C).
2. De maximale hoogte van de
gesloten krik is 110mm.
OPMERKING De keuze van de positie
van de krik moet uitgevoerd worden op
basis van het type van machine.
3. Positioneer de krik onder het voorste deel
van de machine in punt (afb. 44.A, 45.A,
46.A) zoals is aangeduid op de afbeelding.
OPMERKING de krik moet in het
vlakke deel van de houder geplaatst
worden (afb. 44.B, 45.B).
OPMERKING de krik moet in
het centrale deel van de houder
geplaatst worden (afb. 46.B, .B).
8.3.4 Vervanging van het wiel
BELANGRIJK Verzeker u ervan dat de
machine stabiel en stil blijft staan tijdens het
optillen. Indien men iets vreemds merkt, moet
men de krik onmiddellijk omlaag brengen,
controleren en eventuele problemen oplossen
en vervolgens de krik opnieuw optillen.
1. Verwijder de bedekking (afb. 47.A)
voordat de machine wordt opgetild.
2. Til de krik voldoende op om het wiel
gemakkelijk te kunnen verwijderen.
3. Verwijder, met behulp van een
schroevendraaier, de veerring (afb.
47.B) en de drukring (afb. 47.C.).
4. Verwijder het wiel dat
vervangen moet worden.
5. Breng vet aan op de as (afb. 47.D).
6. Monteer het nieuwe wiel.
7. Plaats de drukring en de veerring
zorgvuldig weer op hun plaats.
8. Laat het wiel op de grond steunen, en
hermonteer de bedekking (afb. 47.A).
BELANGRIJK Controleer of de achterste
wielen op dezelfde hoogte staan (afb. 48.A)
en het verschil tussen de externe diameters
tussen de twee wielen (afb. 48.B) niet
meer is dan 8-10 mm. Indien dit wel zo is,
moet men, om een onregelmatig maaien te
voorkomen, de uitlijning van de snijgroep bij een
geautoriseerd dienstcentrum laten afstellen.
8.3.5 De banden repareren of vervangen
Elke vervanging of herstelling van een band moet
uitgevoerd worden door een gespecialiseerde
bandentechnicus, volgens de modi die
zijn aangeduid voor het gebruikte type.
NL - 26