4. 3 INSTALLEREN
Belangrijk:
Het I
C
2 mag niet vlak naast of bovenop
MPLANT
ENTER
een ander apparaat worden geïnstalleerd.
Leg het netsnoer en de kabel van de pedaal niet in
een kabelgoot of een kabeldoorvoer.
- Installeer het basisapparaat op een vaste en
horizontale ondergrond (vlak of niet schuiner dan 5
graden).
- Controleer of de netschakelaar (Fig. 2-5) in de O-
stand (Uit) staat.
- Sluit het netsnoer aan op de netvoedingaansluiting
van het apparaat.
- Sluit de stekker van het netsnoer aan op een geaard
stopcontact.
- Indien
nodig,
sluit
potentiaalvereffening van uw installaties aan op de
potentiaalvereffeningscontactdoos
apparaat (Fig. 2-2).
- Sluit
de
bedieningspedaal
pedaalconnector (Fig. 2-2).
- Plaats de pedaal zodanig dat u deze gemakkelijk
met uw voet kunt bedienen.
- Steek de standaards in de bevestigingspunten voor
de standaards (Fig. 2-4).
- Sluit de kabel van de micromotor aan op de
connector (Fig. 1-7).
- Schroef de I-S
URGE
kabelconnector nadat u eerst de elektrische
contacten goed hebt uitgelijnd.
- Sluit de kabel van de N
P
2 L
handstuk aan op de connector (Fig.
IEZOTOME
ED
1-9) (afhankelijk van de uitvoering).
- Sluit het N
L
EWTRON
kabel (meegeleverd afhankelijk van de uitvoering).
- Controleer of het apparaat dicht genoeg bij de
werkzone is geplaatst zodat er niet aan de kabels
wordt getrokken. Zet het apparaat zonodig
dichterbij.
- Leg
de
I-S
URGE
micromotorhouder.
- Leg het N
L
EWTRON
ED
de handstukhouder.
- Hang de flessen of zakken met fysiologische
de
kabel
van
aan
L
micromotor vast op de
ED
L
scaler of van het
EWTRON
ED
handstuk aan op de scaler-
ED
L
micromotor
ED
of P
2 L
handstuk op
IEZOTOME
ED
zoutoplossing of steriel water aan de standaards.
- Plaats het apparaat zodanig dat er goed zicht op
hebt.
4. 4 EERSTE INBEDRIJFSTELLING
Voordat het I
bedrijf wordt gesteld, moet eerst al het materiaal
onderhouden en/of gesteriliseerd worden volgens de
procedures die in hoofdstuk 11 zijn beschreven.
V - IRRIGATIEOPLOSSINGEN
Het I
MPLANT
toe te dienen en mag alleen worden gebruikt met
flessen of zakken met een fysiologische zoutoplossing
of met steriel water met elk een maximale inhoud
voor
de
van 1 liter.
het
VI - IRRIGATIELEIDINGEN
op
de
Het I
MPLANT
combinatie met irrigatieleidingen van SATELEC.
VII - INSTELLINGEN /
7. 1 OPSTART
Belangrijk:
Het wordt aanbevolen om 4 seconden te wachten
tussen het uitschakelen en weer inschakelen van
het apparaat.
Na de welkomstpagina verschijnt bij het opstarten
op
de
telkens het programma P1 in I-S
C
2 voor de eerste maal in
MPLANT
ENTER
C
2 is niet ontworpen om medicijnen
ENTER
C
2 moet worden gebruikt in
ENTER
PARAMETERS /
WERKSTANDEN /
INTERFACE
mode.
URGE
141