7 Uitlijning
5 mm
Zorg ervoor dat het bovenoppervlak
van het hulpmiddel horizontaal is,
zodat bij belasting met het gewicht
van de gebruiker de hoofdteenveer
kan worden ingedrukt.
Constructielijn
Uitlijningsindicator
horizontaal
wig
(optioneel)
7.1
Statische uitlijning
Transfemorale uitlijning
Lijn de transfemorale componenten uit volgens de
montage-instructies die bij de knie zijn meegeleverd,
waarbij de constructielijn wordt aangehouden, relatief
ten opzichte van het hulpmiddel zoals weergegeven.
Instellen lengte
Dit hulpmiddel moet met een hielwig van 5 mm
worden uitgerust, zodat het bovenoppervlak
horizontaal is. De lengte van dit hulpmiddel dient
5 tot 10 mm langer te zijn dan de gebruikelijke
prothese van de gebruiker, met hardloopschoenen ter
compensatie van de veercompressie.
Constructielijn
De constructielijn dient in het midden van de
gleuf aan de bovenkant van dit hulpmiddel te
vallen. Deze wordt aan elke kant met een verticale
uitlijningsindicator aangegeven.
7.2
Dynamische uitlijning
Coronair vlak
Zorg ervoor dat de M-L-stootkracht minimaal is door
het afstellen van de relatieve positie van de koker en
voet.
Sagittaal vlak
Bij het staan moet de teen zich buigen, zodat de hiel
contact maakt met de grond. Bij het lopen moet u
controleren of de overgang tussen het neerkomen van
de hiel en het loslaten van de teen soepel verloopt.
1. Optimaliseer de plantairflexie en dorsiflexie
Bij het hardlopen moet de hiel altijd neerkomen,
hoewel dit slechts licht en subtiel kan zijn. Om de
hardloopgang te optimaliseren kunt u met kleine
stapjes een plantairflexie van de voet uitvoeren,
zodat de hiel steeds neerkomt. Als de voet in te
grote mate een plantairflexie vertoont, 'klapt' de
zool op de grond. U kunt een dorsiflexie van de
voet uitvoeren om het 'klappen' van de voet te
voorkomen.
2. Stijfheid en voor-achterverschuiving
Wanneer een optimale plantairflexie-/
dorsiflexiehoek is bereikt, kunt u de gewichtslijn op
de voet naar achteren verschuiven indien de teen
bij het hardlopen te zacht voelt. Als de voet te stijf
voelt, kunt u de gewichtslijn op de voet naar voren
verschuiven.
3. Als de gebruiker bij het neerkomen van de hiel
inzakt, is de hiel te zacht. Het aanbrengen van de
meegeleverde wig heeft het effect van het stijver
maken van de hielveer. Om het uit te proberen, kan
deze met tape worden vastgezet (zie het schema).
Voor permanente montage dient de wig op zijn
plaats te worden bevestigd door het aanbrengen
van Loctite 424 (926104) op het bovenoppervlak
van de hiel.
57
938371PK/1-0121