NL
Aanwijzingen:
• Studioflitsinstallaties hebben vaak een zeer lange flitsduur. Het kan in dat
geval daarom eventueel zinvol zijn een langere sluitertijd dan
• Hetzelfde geldt voor radiografisch gestuurde flitstriggers bij het
"draadloos flitsen", omdat de radiografische overdracht een
tijdvertraging kan veroorzaken.
• De instellingen en functies die in de volgende hoofdstukken zijn
beschreven, hebben alleen betrekking op deze camera en
systeemcompatibele flitsapparaten.
• Een op de camera ingestelde belichtingscorrectie (zie pag. 178)
beïnvloedt uitsluitend de meting van het aanwezige licht! Om bij
opnamen met flits gelijktijdig een correctie van de flitsbelichting uit
te voeren, moet dit apart worden ingesteld.
• Meer informatie over de flitsmodus, vooral in combinatie met
andere, niet speciaal op deze camera afgestemde flitsapparaten,
evenals de verschillende modi van de flitsapparaten, vindt u in de
betreffende handleiding.
De instellingen van de automatische flitsmodus die door de
camera wordt geregeld
Nadat u uw flitsapparaat hebt ingeschakeld en in de modus voor
regeling van het richtgetal (bijv. TTL of GNC = Guide Number
Control) hebt gezet, moet u hiervoor op de camera:
1. voor elke flitsopname eerst de belichtingsmeting door licht
indrukken van de ontspanknop worden ingeschakeld, d.w.z. de
weergave in de zoeker moet overgeschakeld zijn op de
sluitertijden of de lichtschaal. Als dit door te snel en in één
keer volledig indrukken van de ontspanknop wordt verzuimd,
zal het flitsapparaat evt. niet worden geactiveerd.
2. Het tijd-instelwiel op
op een langere sluitertijd (ook
bele Leica systeemflitsapparaten kunnen ook kortere
sluitertijden als de synchronisatietijd worden ingesteld.
186
/
1
180
A
, op de flitssynchronisatietijd (
) instellen. Met HSS-compati-
B
Aanwijzing:
Als de belichtingsmeting bij tijdautomaat kortere sluitertijden
s te kiezen.
dan de synchronisatietijd oplevert, wordt automatisch in plaats
van een "normale" opnameflits een HSS-flits ( zie pag. 66)
geactiveerd.
3. de gewenste, resp. het voor de betreffende afstand tot het
motief benodigde diafragma worden ingesteld.
Aanwijzing:
als de automatische geregelde of handmatig ingestelde sluitertijd
korter is dan
/
1
180
een HSS-compatibel flitsapparaat is (zie pag. 188).
De controle-indicaties van de flitsbelichting in de zoeker bij
systeemconforme flitsapparaten
In de zoeker dient een flitsvormige LED voor terugmelding en
indicatie van verschillende situaties. Deze LED verschijnt samen
met de beschreven indicaties voor de belichtingsmeting van het
aanwezige licht.
/
s), of
1
180
s, zal het flitsapparaat niet flitsen, behalve als het