Drukdichting
HSD
3
Alleen de snijvlakken en kabel-/buisafdichtvlakken van
de kabel- en buisafdichting met glijmiddel GM (niet
meegeleverd) insmeren (zie afb.: 4).
Niet de buitenafdichtoppervlakken van de
buisafdichting insmeren. Deze moet schoon,
droog en vrij van vet zijn.
De voorste en achterste aandruksegmenten
moeten versprongen worden gepositioneerd (zie
afb.: 7).
4
Buisdichting vanaf de buitenkant van het gebouw
over de reeds aangelegde mediumleiding klappen en
de perssegmenten weer dichtmaken (zie afb.: 11).
5
De schroef, glijring en moer weer monteren (zie afb.:
11).
6
Buisdichting in lijn met de wand in de
kernboring/doorvoerbuis schuiven (zie afb.: 8).
Medialeidingen mogen in het bereik van de
afdichting geen doorlopende lengtegroeven of
beschadigingen hebben. (Medialeidingen evt. een
stukje heen of terug schuiven totdat geen
lengtegroeven meer te zien zijn).
► De buisdichting is gelijkmatig aangedrukt, zodra het
rubber in alle controleopeningen zichtbaar en
voelbaar is (zie afb.: 8).
7
Schroeven kruislings en stapsgewijs met maximaal 5
slagen vastdraaien tot het aanhaalmoment is bereikt
(zie tabel 2) en het rubber uit alle controle-openingen
gelijkmatig uitloopt (zie afb.: 8).
10 Montage gedeelde drukdichting bij al
geïnstalleerde buizen (D = 250 - 500 mm)
vanaf de binnenkant van het gebouw
De montage gebeurt in de hoofdstuk 9 werkstappen 1 t/m
5 , alleen voor de binnenkant van het gebouw.
1
Buisdichting van de binnenkant van het gebouw tot
aan de buitenkant van de kernboring/doorvoerbuis
evenredig aan de wand inschuiven (zie afb.: 9).
Medialeidingen mogen in het bereik van de
afdichting geen doorlopende lengtegroeven of
beschadigingen hebben. (Medialeidingen evt. een
stukje heen of terug schuiven totdat geen
lengtegroeven meer te zien zijn).
► De buisdichting is gelijkmatig aangedrukt, zodra het
rubber in alle controleopeningen zichtbaar en
voelbaar is (zie afb.: 8).
2
Schroeven kruislings en stapsgewijs met maximaal 5
slagen vastdraaien tot het aanhaalmoment is bereikt
(zie tabel 2) en het rubber uit alle controle-openingen
gelijkmatig uitloopt (zie afb.: 9).
26
11 Afdichtset WRD monteren
1
Controleer de afmetingen van de
kernboring/doorvoerbuis, drukdichting, gesplitste ISO-
ring en geribde mantelbuis (zie afb.: 12).
Legenda bij afb.: 12
1
Doorsnede (D) kernboring/doorvoerbuis
2
Doorsnede (d) gesplitste ISO-ring
3
Doorsnede (D) gesplitste ISO-ring
4
Doorsnede (d) drukdichting
5
Doorsnede (D) drukdichting
6
Ringklemmen 1,2,3... Aantal afhankelij k van de
producent van de geribde buis
2
De meegeleverde en beschreven ringklemmen in
duo's met de doorsnede van de mantelbuis vergelij
ken, in het profiel van de geribde buis leggen en met
lichte druk vastklikken (klik) (zie afb.: 13).
Legenda bij afb.: 13
1
Opschrift: producent/doorsnede mantelbuis
Afhankelijk van de producent van de mantelbuis
kan het aantal ringklemmen variëren.
OPMERKING!
De drukdichting van de afdichtset WRD mag niet
worden gesplitst, omdat anders de dichtheid niet
kan worden gegarandeerd.
3
De gesloten drukdichting wordt vanaf de buitenkant
van het gebouw zover over de geribde mantelbuis
geschoven, totdat deze de ringklemmen volledig
afdekt en evenredig met de buitenwand afsluit (zie
afb.: 14).
Legenda bij afb.: 14
1
Ringklemmen
2
Buitenkant van het gebouw
4
Schroeven kruislings en stapsgewijs met maximaal 5
slagen vastdraaien tot het aanhaalmoment is bereikt
(zie tabel 3) (zie afb.: 15).
► De buisdichting is gelijkmatig vastgeperst, zodra het
rubber in alle controle-openingen zichtbaar en
voelbaar is (zie afb.: 15). Geldt niet voor afdichtsets
WRD met buiteninbusschroeven!
Legenda bij afb.: 15
1
Controlevenster
2
Detail
3
Volgorde om de schroeven vast te draaien
5
Vanuit de binnenkant van het gebouw wordt de
gesplitste ISO-ring gelijkmatig over de geribde
mantelbuis in de muuropening geduwd totdat deze
gelijk met de muuropening sluit (zie afb.: 16).
Art. Nr.: 5090032098 Rev.: 02/2024-07-09
NL