NL
BE
1. Om de accu (14) te plaatsen, schuift u de
accu (14) langs de geleidingsrail in het
apparaat. De accu klikt hoorbaar vast.
2. Om de accu (14) uit het apparaat te
halen, drukt u op de ontgrendelknop
van de accu (13) en trekt u de accu
(14) eruit.
Steek de accu pas in het
apparaat wanneer het accu-
gereedschap klaar voor ge-
bruik is.
Laadtoestand van de
accu controleren
De laadindicator (15) geeft de laadtoe-
stand van de accu (14) aan.
Druk op de toets van de laadindicator (16)
op de accu.
De laadtoestand van de accu wordt aan
geduid met de betreffende leds die begin-
nen te branden.
Drie leds branden (rood, oranje en groen):
Accu geladen
Twee leds branden (rood en oranje):
Accu gedeeltelijk geladen
Eén led brandt (rood):
Accu moet worden geladen
Accu opladen
Laat een opgewarmde accu eerst
afkoelen voordat u hem oplaadt.
Laad de accu (14) op wanneer
alleen nog de rode led van de
laadindicator (15) brandt.
1. Neem indien nodig de accu (14) uit
het apparaat.
64
2. Schuif de accu (14) in de laadschacht
van de lader (17).
3. Sluit de lader (17) aan op een stopcon-
tact.
4. Na het lade, koppelt u de lader (17)
los van het elektriciteitsnet.
5. Trek de accu (14) uit de lader (17).
Bediening
Neem de accu uit het appa-
raat om onbedoelde inwer-
kingstelling te verhinderen.
Er bestaat gevaar voor ver-
wondingen!
Zorg ervoor dat de omge-
vingstemperatuur tijdens het
werken niet hoger ligt dan
50 °C en niet lager ligt dan
-20 °C.
In- en uitschakelen
1. Om het apparaat te starten, houdt u de
veiligheidsschakelaar (2) ingedrukt en
bedient u de aan/uit-schakelaar (3).
2. Laat de veiligheidsschakelaar (2) weer
los.
3. Om het apparaat te stoppen, laat u de
aan/uit-schakelaar (3) los.
Door op de aan / uit-schakelaar te druk-
ken, wordt de stofblaasfunctie automatisch
geactiveerd of gedeactiveerd.
Toerental instellen
Het gewenste toerental kan met het wieltje
(5) op 6 standen geregeld worden.
1: laagste snelheid
6: hoogste snelheid