SLV 1000450 Mode D'emploi page 7

NEDERLANDS
GEBRUIKSHANDLEIDING VOOR
STAANLAMP
1000450 / 1000451
Lees deze korte handleiding zorgvuldig door en bewaar deze voor later
gebruik op een toegankelijke plaats!
VEILIGHEIDSVERWIJZINGEN
Niet- naleving van de veiligheidsinstructies kan tot levens-,
verbrandings- of brandgevaar leiden!
 Installatie, montage en aansluitingen mogen slechts gebeuren door een
erkend electricien.
 Niet in de lichtbron kijken.
 Soort aansluiting type Y: In geval van beschadigingen mag de buitenste
flexibele bekabeling van deze lamp alleen door de fabrikant of door een
gekwalificeerde elektrotechnische vakman worden vervangen.
 Het product mag niet veranderd of gemodificeerd worden.
 Niets aan het product hangen of bevestigen, zeker geen versieringen.
 Het product niet afdekken. De luchtcirculatie niet beperken.
 In het geval van fout mag u het product niet meer aanraken. Product
meteen uitschakelen door de externe lichtschakelaar te bedienen of door
de geleider aan de beveiliging vrij te schakelen!
Er bestaat een geval van fout indien
 er zichtbare beschadigingen zijn.
 het product niet foutloos werkt (bv. indien het flikkert).
 het kwalmt, stoomt, of hoorbaar kraakt.
 er brandlucht ontstaat.
 er een oververhitting te zien is (bv. d.m.v. verkleuringen, ook aan
aanliggende vlakken).
Product pas gebruiken nadat het door een erkend electricien werd
gerepareerd en gecontroleerd!
 Het product is niet voor het gebruik door kinderen bestemt. Stel zeker, dat
kinderen door het product niet gewond kunnen raken, b. v. brandwonden
door hete oppervlakten of elektrische schok.
Verdere veiligheidsaanwijzingen zijn met dit symbool:
GEBRUIK AANGEPAST AAN DE DOELEINDEN
Dit product dient alleen voor verlichtingsdoeleinden en mag:
 uitsluitend met een spanning van 220-240V ~50/60Hz gebruikt worden.
 slechts overeenkomstig met beschermklasse I (een) aangesloten
worden.
 uitsluitend op normale, c.q. niet ontvlambare oppervlakten gebruikt
worden.
 alleen in droge omstandigheden, dus niet:
 in vochtige ruimtes of plaatsen waar het vuil kan worden.
 op plaatsen met een hoge luchtvochtigheid gebruiken.
 mag niet aan zware mechanische belasting of sterke vervuiling worden
blootgesteld.
OPSTELPLAATS
Gebruik het product enkel op een stabiele, effen, ondergrond die niet kan
omkippen.
Kiest u de montageplaats zó dat geen gevaar door de lamp kan ontstaan
(b.v. door struikelen, ertegen te stoten, etc.).
MONTAGE
 Er wordt aanbevolen de lamp in een liggende staat te monteren.
 Monteert u het eerst de lampenvoet (1).
 Doet u de lampenkop open (2).
 Let erop dat de lampkop niet op de sensor ligt.
 Zet u de lampenkop op de lampenposten. Fixeert u de lampenkop met de
bijgevoegde schroeven (3).
 Verbindt u de stekker van de lampenkop met de koppelingen in de
lampenpost (4). Plaats vervolgens de verbindingsstekker in de lampkop.
 Doet u de lampenkop weer dicht. (5).
 Stelt u de lamp op. Let u op de aanwijzigingen m.b.t. de opstelplaats!
GEBRUIK
Ingebruikneming
Slechts delen gebruiken die met het product meegeleverd worden of
definitief als toebehoren worden beschreven!
Controleren of er losse onderdelen in het product zijn. Indien dit het geval is
en deze onderdelen niet expliciet zijn beschreven, mag het product niet worden
geïnstalleerd of gebruikt.
 Steekt u de netstekker van het produkt in een stopcontact van het openbaar
elektriciteitsnet.

D.m.v. de schakelaar kunt u de lamp in- en uitschakelen.
LICHTBESTURING / WERKING
Infraroodsensor voor programmeerhulp / afstandbediening
Lichtsensor
Bewegingssensor
Serviceknop
De serviceknop mag alleen met een dun, niet te spits voorwerp worden bediend!
Sensoren
Lichtsensor (afb. A + B)
De sensor detecteert de hoeveelheid licht van een kegelvormig gebied met een
diameter van ca. 2,60 m. De detectie van de hoeveelheid licht dient om het licht
automatisch te kunnen regelen. Het licht van de armatuur wordt afhankelijk van
het omgevingslicht op een lichtwaarde van ca. 600 lux op het beschenen
.
oppervlak ingesteld. Als de omgevingsomstandigheden veranderen of als de
armatuur verplaatst wordt, kan het nodig zijn om de waarde opnieuw te
kalibreren. Deze instelling is onder Omgevingslichtafhankelijke lichtwaarde
instellen beschreven. De ingestelde lichtwaarde kan ook gewijzigd worden.
Hiervoor heeft u de programmeerhulp (art. nr. 1000455) nodig.
Houd een minimale afstand van de sensor tot de ramen van 0,6 m aan.
Lichtreflecties van nabijgelegen oppervlakken kunnen een verkeerde
lichtregeling tot gevolg hebben.
Bewegingssensor (afb. C)
Binnen een gebied van ca. 3,1 x 4,7 m detecteert de bewegingsmelder kleine
bewegingen (bijv. bewegingen van de handen). Binnen een gebied van ca. 4,7 x
5,9 m worden grotere bewegingen gedetecteerd (bijv. voorbijlopen). Als een
persoon zich binnen het detectiegebied van een bewegingssensor bevindt,
begint de led van de serviceknop rood te branden. De serviceknop brandt geel
als niemand zich in het detectiegebied bevindt. De led kan uitgeschakeld worden
door langer dan 10 seconden op de serviceknop te drukken.
Functies
De armatuur kan in de modus kantoor of in de modus open kantoorruimte via de
serviceknop bediend worden. Andere modi kunnen met de programmeerhulp art.
nr. 1000455 worden ingesteld.
Modus kantoor: Als de bewegingssensor een beweging detecteert, gaat de
armatuur aan. Als er gedurende minimaal 15 minuten geen bewegingen worden
geregistreerd, gaat de armatuur weer uit.
Modus open kantoorruimte: gedrag zoals in de kantoormodus. Als er gedurende
minimaal 15 minuten echter geen bewegingen worden geregistreerd, wordt het
licht van de armatuur gedurende 15 minuten gedimd voordat hij volledig wordt
uitgeschakeld.
Druk kort (< 1 sec.) de serviceknop in om een modus te selecteren. Als de led
één keer knippert, bevindt hij zich in de modus kantoor, als hij twee keer
knippert in de modus open kantoorruimte.
Omgevingslichtafhankelijke lichtwaarde instellen
Reflecterende oppervlakken in het detectiegebied van de lichtsensor kunnen
een verkeerde instelling tot gevolg hebben.
Houd de serviceknop gedurende ≥ 3 sec. en ≤ 7 sec. ingedrukt. Daarna gaat
de verlichting uit, zodat de lichtwaarde zonder kunstlicht gemeten kan worden.
Na 10 sec. wordt de verlichting op 100% ingesteld en wordt de gemeten
waarde opgeslagen.
Meer mogelijkheden
Met de programmeerhulp, art. nr. 1000455, is het mogelijk om
verlichtingsnetwerken te bouwen en individuele systeeminstellingen te
programmeren.
Voordat er een verlichtingsnetwerk gecreëerd wordt, moeten alle armaturen
van dit netwerk teruggezet worden naar de fabrieksinstellingen. Hoe u dit kunt
doen, leest u in de handleiding van de programmeerhulp.
Met de afstandbediening, art. nr. 1000454, kunnen basisfuncties op
eenvoudige wijze bediend worden (aan-/uitzetten, wijzigen van de helderheid).
INSTANDHOUDING EN VERZORGING
Lichtbron
 De lichtbron van deze lamp mag alleen door de fabrikant of een door hem
geautoriseerde service-technicus of een vergelijkbaar geschoolde persoon
worden vervangen.
Verzorging
Schakel eerst het complete product spanningsvrij en laat het afkoelen,
voor u schoonmaak- of onderhoudswerkzaamheden aan het product uitvoert.
 Product slechts met een bevochtigd en zacht doekje zonder pluisjes
schoonmaken. Ook a.u.b letten op eventueel bijgevoegde onderhoud- en
schoonmaakaanwijzingen.
OPSLAG EN AFVALVERWERKING
Opslag
 Het product moet droog en beschermd tegen vervuiling en mechanische
belasting worden opgeslagen.
Na een vochtige of vervuilde opslag mag het product pas na een
statustest door een erkend elektricien gebruikt worden.
Afvalverwijdering (Europese Unie)
 Het product niet via het huishoudelijk afval weggooien! Producten met dit
symbool dienen in overeenstemming met richtlijn (WEEE, 2012/19) via
elektrische en elektronische apparatuur bij de plaatselijke inzamelpunten
voor elektrisch afval te worden verwijderd!
artnr. 1000450 / 1000451 © 20.09.2017 SLV GmbH,
Daimlerstr. 21-23, 52531 Übach-Palenberg, Germany,
Tel. +49 (0)2451 4833-0
Behoudens technische wijzigingen.