13. Schuif de deurhanger(2) in de deur hangrails(10). (afb.J – afb.K)
14. Verwijder de voeringen van de tapes op de voorzijde van de deurhanger(2).
15. Verwijder de voeringen van de tapes op de eenheid deur afstandsringen(11) en plak ze
op de bovenste deur van de eenheid(15), dichter bij de bovenste hoeken. (afb.K)
16. Laat de deur van de eenheid(15) steunen op de deurhanger(2), waarbij u de deur van
de eenheid afstandsringen(11) links, rechts en bovenaan uitlijnt met de zijden van de
eenheid of de deuren van de dichtstbijzijnde en bovensten keukeneenheden. (afb.K)
17. Zorg ervoor dat de bovenste deur van de eenheid(15) in de deurhanger(2) steekt. Trek
de deur van de eenheid(15) waarbij u de deurhanger(2) uit de deur hangrails(10) laat
glijden. Zorg ervoor dat de deurhanger(2) op de bovenste deur van de eenheid(15) blijft
vastzitten. (afb.L)
18. Leg de bovenste deur van de eenheid(15) op de grond en schroef de deurhanger(2) op
de deur van de eenheid(15) met de schroeven(7). (afb.L)
19. Om een aantal meubelstuk vergissingen te voorkomen, zijn er plastic afstandsringen(A)
aangebrahct op de deurhanger(2). Verwijder deze plastic afstandsringen(A). (afb.M)
20. Verwijder de deur hangrails(10) van de bovenste deur van het apparaat. Schroef de
stelbouten(12) op de openingen in de bovenste deur van het apparaat(19) waarbij u de
nodige ruimte laat met de afstandsring van de deur van de eenheid(11). (afb.N)
21. Monteer de deur van het apparaat(19). Plaats de bovenste deur van de eenheid(15) op
de deur van het apparaat waarbij u de stelbouten(12) in de sleuven op de deurhanger(2)
voert. (afb.N)
22. Plaats de sluitingen(13) en schroef de moeren(14) op de stelbouten(12).
23. 1~2 mm tussenruimte tussen de eenheid en de deur is essentieel voor de prestatie
van het apparaat. Sluit de deur en voer de correcte aanpassing uit van de deur van de
eenheid(15) door de stelbouten(12) los of vast te draaien voor verticale aanpassing en
met behulp van de sleuven op de deurhanger(2) voor andere richtingen. (afb.P1)
24. Plaats de onderste bevestigingen van de deur(5) op de onderzijde van de bovenste deur
van het apparaat(19) tussen de bovenste deur van het apparaat(19) en de bovenste
deur van de eenheid(15). Schroef de onderste bevestigingen van de deur(5) op de deur
van het apparaat met schroeven(6). (afb.O)
25. Schroef de onderste bevestigingen van de deur(5) op de bovenste deur van de
eenheid15) met schroeven(15). (afb.O)
26. Om de ruimte tussen de bovenste deur van de eenheid(15) en de eenheid zelf aan te
passen, kunt u de schroeven(6) losschroeven en daarna de ruimte aanpassen tussen
de bovenste deur van het apparaat(19) en de bovenste deur van de eenheid(15) door
het veereffect van de onderste bevestigingen van de deur(5) terwijl u de schroeven(6)
opnieuw vast schroeft.
27. Schuif het hangdeksel(3) over de deurhanger(2). (afb.P2)
28. Herhaal dezelfde procedure voor de onderste deur.
NL - 20 -