Publicité
Raccord d'antenne
Antennes
L'appareil est 6quipé de deux antennes ferrite
pour les GO et les OM ainsi que KW 1 et KW 2
qui par rotation de l'appareil remplissent la
fonction d'une antenne radiogoniométrique.
ll est ainsi possible de déterminer soi-méme
la meilleure direction de réception. L'antenne
télescopique (17) sert pour la reception
d'émetteurs UKW. En faisant tourner et en
inclinant cette antenne on peut souvent amé-
liorer la reception en FM. Dans le voisinage
d'un émetteur FM puissant, pour I'écoute de
cet émetteur nous conseillons de ne sortir
V'antenne télescopique que partiellement ou
pas du tout.
Pour les bandes d'ondes courtes et KW 3
l'antenne télescopique (17) est opérante.
La prise (39) sert au branchement d'une
antenne extérieure pour les GO, les OM et les
OC (utiliser une fiche standard). Une antenne
U/FM extérieure se branche a la prise (40).
Trimmer d'antenne
Avec le trimmer d'antenne (12) te Globetrotter
peut 6tre adapté au maximum al'antenne
extérieure utilisée. Pour le réglage tourner le
bouton (12) jusqu'a ce que l'instrument deévie
au maximum. Pour une antenne un réglage
une fois pour toutes suffit.
Antenne radiogoniométrique
Pour le repérage dans la gamme des grandes
ondes un adaptateur spécial de repérage peut
étre raccordé.
Mise en service
Marche, arrét, volume
En faisant tourner Je reglage du volume (1)
vers la droite l'appareil est mis en service et
le volume est réglé. En tournant vers la gauche
l'appareil est arrété ce qui est perceptible. La
petite fenétre a cdté du réglage du volume (1)
sert au contréle.
Tonalite
L'image sonore peut étre adaptée au gofit
personnel al'aide du réglage des graves (3)
et des aigus (2). Le réglage normal est obtenu
lorsque les régleurs sont en position médiane
(chiffre 3).
Antenne-aansluiting
Antennes
Het apparaat is uitgerust met een ingebouwde
ferrietantenne voor midden- en langegolf,
die bij het draaien van het toestel ais peil-
antenne funktioneert. Daarmee bestaat de
mogelijkheid, zelf de beste ontvangstrichting
te bepalen. De telescoopantenne (17) dient
voor ontvangst van zenders op de ultra-
kortegolf. Door draaien en zwenken van deze
antenne is de ontvangst op de FM-band
dikwijls te verbeteren. In de nabijheid van een
sterke FM-zender bevelen wij aan, bij ontvangst
van deze zender, de telescoopantenne niet, of
slechts gedeeltelijk uit te trekken.
Voor de kortegolfbanden dient de telescoop-
antenne (17). De bus (39) is bestemd voor de
aansluiting van een externe antenne, die
bestemd is voor ontvangst van M, L en korte-
golf.
Een externe antenne voor U/FM wordt op de
bus (40) aangesloten.
Antennetrimmer
Met de antennetrimmer (12) kunt u de Globe-
trotter optimaal op de gebruikte buitenantenne
aanpassen. Voor het afstemmen, de knop (12)
draaien, tot het meetinstrument maximaal
uitslaat. Voor een antenne is een eenmalige
instelling voldoende.
Peilantenne
Voor peilingen op het langegolfbereik kan een
bijzondere peilinrichting worden aangesloten.
Het in gebruik nemen
In- en uitschakelen, volume
Door het naar rechts draaien van de volume-
regelaar (1) wordt het apparaat ingeschakeld
en de geluidssterkte geregeld. Door linksom
draaien wordt het uitgeschakeld, en de
uitschakelklik is merkbaar. Als controle dient
het venster naast de volumeregelaar (1).
Kiankkleur
Met de laagregelaar (3) en de hoogregelaar
(2) kan men de klankkleur geheel naar eigen
smaak instellen. De normale instelling is, als
de beide regelaars zich in de middenstand
bevinden (cijfer 3).
11
Allacciamento all'antenna
Antenne
L'apparecchio é dotato di due antenne di
ferrite incorporate per OM, OL,OC 1ed OC 2
che, orientando la radio, hanno la funzione di
antenne radiogoniometriche. In questo modo
si puo rilevare la migliore posizione per la
ricezione. L'antenna telescopica (17) serve
per la ricezione delle emittenti FM. Questa
antenna pud essere orientata ed inclinata per
ottimizzare la ricezione nelle gamme FM.
Quando l'apparecchio si trova nelle vicinanze
di una potente emittente FM, consigliamo di
non estrarre l'antenna telescopica o di estrarla
solo parzialmente.
L'antenna telescopia é efficace anche per le
gamme OC e OC 3.
La presa (39) é prevista per I'allacciamento di
un'antenna esterna, efficace per le gamme
OM, OL ed OC (utilizzare una spina standard).
Un'antenna esterna per {a ricezione delle
emissioni FM deve essere allacciata alla
presa (40).
Correttore d'antenna
ll Globetrotter pud essere adattato all'antenna
esterna utilizzata mediante il correttore
d'antenna (12). Perla sintonizzazione, girare la
manopola (12) finché la lancetta dello stru-
mento indicatore di campo abbia raggiunta
Vescursione massima.
Antenna radiogoniometrica
Un apposito dispositivo pud essere allacciato
per il rilevamento radiogoniometrico nelle
gamma OL (p.e. Rahmert, Kiel, tipo RS 2T,
ecc.). Premere in piu il tasto "Peilen" (18)!
Messa in servizio
Inserimento e disinserimento,
regolazione del volume
L'apparecchio é acceso girando verso destra
la manopola (1), che serve anche per la regola-
zione del volume. Per spegnere l'apparecchio,
girare questa manopola verso sinistra fino
allo scatto. II finestrino accanto alla manopola
di regolazione del volume (1) permette di
controllare se l'apparecchio é acceso o spento.
Regolazione del timbro
1] timbro pudé essere adattato al gusto personale
mediante i regolatori per toni alti (2) e toni
bassi(3). Normalmente questi regolatori si
trovano sulla loro posizione centrale (cifra 3).
Publicité
