Veiligheid in het werkgebied
1. Laat de machine nooit gebruiken door kinderen of
mensen die de gebruiksaanwijzingen niet kennen.
Plaatselijke regels kunnen beperkingen opleggen aan
de leeftijd van de gebruiker.
2. Gebruik het product alleen op de manier en voor de
doeleinden die in deze aanwijzingen staan
beschreven.
3. Controleer het hele werkgebied zorgvuldig op
mogelijke gevaren (bijv. wegen, paden, elektrische
kabels, gevaarlijke bomen, enz.)
4. Houd alle omstanders en dieren uit de buurt van het
werkgebied (zet zo nodig het gebied af en plaats
waarschuwingsborden). Zorg voor een minimum
afstand van 2,5 x de stamhoogte; nooit minder dan
tien meter.
5. De operator is verantwoordelijk voor ongelukken of
gevaarlijke situaties voor andere mensen en hun
eigendommen.
Elektrische beveiliging
1. Aanbevolen wordt dat u een aardlekschakelaar
gebruikt met een uitschakelstroom van niet meer dan
30 mA. Zelfs met een aardlekschakelaar kan de
veiligheid niet 100% worden gegarandeerd en moet
men te allen tijde de veiligheidsrichtlijnen toepassen.
Controleer uw aardlekschakelaar telkens wanneer u
hem gebruikt.
2. Vóór elk gebruik inspecteert u het snoer op
beschadiging. Vervang het snoer als het beschadigd
of versleten is.
3. Gebruik het product niet als de elektrische snoeren
beschadigd of versleten zijn.
4. Als het snoer wordt doorgesneden of als de isolatie is
beschadigd, moet de netstroom onmiddellijk van de
kettingzaag worden afgehaald. Raak het
elektriciteitssnoer niet aan totdat de stroom is
uitgeschakeld. Repareer een doorgesneden of
beschadigd snoer niet. Neem het product mee naar
een erkend reparatiecentrum en laat het snoer
vervangen.
5. Het verlengsnoer moet zijn afgerold of
afgewikkeld. Opgerolde of niet afgewikkelde
snoeren kunnen oververhit raken en het vermogen
van de grasmaaier verminderen.
C. BESCHRIJVING VAN DE VEILIGHEIDSUITRUSTINGEN
SCHAKELAARVERGRENDELING
Op uw machine is een inrichting
indien niet geactiveerd, verhindert dat de schakelaar kan
worden ingedrukt, om per ongeluk starten van de
machine te voorkomen.
KETTINGREM BIJ LOSLATEN VAN DE SCHAKELAAR
Uw machine is voorzien van een inrichting die de ketting
onmiddellijk blokkeert wanneer de schakelaar wordt
losgelaten; mocht deze beveiliging niet goed werken dan
mag u de machine niet gebruiken en moet u hem direct
naar een erkende servicewerkplaats brengen.
HANDBESCHERMING VOOR/KETTINGREMHANDEL
De handbescherming voor
machine op de juiste wijze vasthoudt) dat uw linker hand in
contact komt met de ketting. De handbescherming voor
fungeert bovendien als kettingrem, een inrichting die
werd ontwikkeld om de ketting binnen enkele milliseconden
te blokkeren in geval van terugslag. De kettingrem wordt
uitgeschakeld door de handbescherming voor naar
achteren te trekken en te vergrendelen (de ketting kan
bewegen). De kettingrem wordt ingeschakeld wanneer
de handbescherming voor naar voren wordt geduwd (de
ketting is geblokkeerd). De kettingrem kan geactiveerd
worden met de linkerpols door naar voren te duwen, of
wanneer de pols in contact komt met de voorste
handbescherming door een terugslag. Wanneer de
machine gebruikt wordt met het kettingblad in horizontale
positie, bijvoorbeeld bij het omhakken van een boom,
dan biedt de kettingrem minder bescherming.
(fig.1)
gečnstalleerd die,
(fig.2)
voorkomt (mits u de
(fig.3)
NEDERLANDS - 5
6. Zorg er altijd voor dat het (verleng)snoer achter de
gebruiker blijft, waarbij het geen gevaar voor de
gebruiker of andere mensen mag opleveren. Zorg
ervoor dat het snoer niet kan worden beschadigd
(door hitte, scherpe voorwerpen, scherpe randen,
olie, enz.)
7. Houd het snoer zo vast dat het tijdens het zagen niet
achter takken e.d. blijft haken.
8. Schakel de machine altijd bij de netstroom uit voordat
u een stekker, contact of verlengsnoer verwijdert.
9. Schakel de machine uit, haal de stekker uit het
stopcontact en inspecteer het stroomsnoer op
beschadiging of slijtage voordat u het snoer oprolt.
Een beschadigd snoer mag niet gerepareerd worden.
Neem het product mee naar een erkend
reparatiecentrum en laat het snoer vervangen.
10.Haal de stekker uit het stopcontact voordat u het
product enige tijd onbeheerd achterlaat.
11.Wikkel het snoer altijd voorzichtig op. Het mag niet
geknikt worden.
12.Gebruik alleen de wisselstroomspanning die op het
productlabel staat aangegeven.
13.De kettingzaag is dubbel gečsoleerd volgens
EN60745 en EN60745-2-13. Onder geen beding
mag een aarde aan enig onderdeel van het product
worden verbonden.
Snoeren
1. Stroom- en verlengsnoeren zijn verkrijgbaar bij een
erkend reparatiecentrum.
2. Gebruik alleen goedgekeurde verlengsnoeren.
3. Verlengsnoeren en kabels mogen alleen worden
gebruikt als ze geschikt zijn voor gebruik buitenshuis.
4. Als u een verlengsnoer met dit product wilt gebruiken,
mogen alleen de volgende snoerafmetingen worden
gebruikt:
Model CSE1835, CSE1935S:
2
- 5,0 mm
: max. 40 m lang
2
- 5,0 mm
: max. 60 m lang
2
- 8,0 mm
: max. 100 m lang
Model CSE2040, CSE2040S:
2
- 5,0 mm
: max. 50 m lang
2
- 8,0 mm
: max. 90 m lang
OPMERKING: Wanneer de kettingrem is geactiveerd, koppelt
een veiligheidsschakelaar de stroom naar de motor af.
Het loslaten van de kettingrem, terwijl de schakelaar
wordt vastgehouden, zal het product starten.
KETTINGVANGER
Deze machine is uitgerust met een kettingvanger
geplaatst onder het kettingwiel. Dit mechanisme is
bedoeld om de achterwaartse kettingbeweging te
stoppen wanneer de ketting breekt of uit de groef loopt.
Deze situaties kunt u vermijden door ervoor te zorgen dat
u de ketting op de juiste wijze spant (Zie hoofdstuk "D. In
elkaar zetten/uit elkaar halen").
HANDBESCHERMING ACHTER
Deze dient ter bescherming
geval breuk of aflopen van de ketting.
(fig.4)
(fig.5)
van de rechter hand in